Onbekend - Protest tegen de kapitulaties van 1937: verschil tussen versies

Uit Anarchief
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
 
(4 tussenliggende versies door 2 gebruikers niet weergegeven)
Regel 1: Regel 1:
[[Categorie:Nalezen]]  [[Categorie:Vormgeven]]
[[Bestand:Protest_tegen_de_kapitulaties_van_1937.jpg]]   
[[Categorie:Onbekend]]  [[Categorie:Spaanse Burgeroorlog]]


[[Bestand:Onbekend_-_Protest_tegen_de_kapitulaties_van_1937.pdf]]
[[Categorie:Anoniem| Protest tegen de kapitulaties van 1937]]  [[Categorie:Spaanse Revolutie]]
 
 
PDF:
 
'''[[Bestand:Onbekend_-_Protest_tegen_de_kapitulaties_van_1937.pdf]]'''
 
 
PDF+tekst:
 
'''http://anarchief.org/w/images/b/b6/Anoniem_-_Protest_tegen_de_kapitulaties_van_1937_-_Losse_pagina%27s_-_OCR.pdf'''




KORT VOORAF
KORT VOORAF
In maarl 1937, toen de spaanse burger_
 
oorlog al 8 maanden woedde, onl ving de
In maart 1937, toen de spaanse burgeroorlog al 8 maanden woedde, ontving de anarchistische krant Nosotros, in Valencia,
anarchlsl lese krant Nosoiros, in Valencia,
een stukje van een onbekende militiesoldate, die meevocht in de "IJzeren Kolonne" aan het front bij Teruel. Bij het artikel was een briefje aan de redaktie ingesioten;
een Slukje van een onbekende mililiesoldatil,
 
die meevocht in de "Uzeren Kolonne"
Protest tegen de capitulaties van 1937
aan het front b ij Teruel. Bij het arlikel
Door een 'Incontrolado' van de IJzeren Colonne
was een briefje aan de redaklie ingesioten;
 
"Kameraden van de redakUe van Nosotl"OS:
 
Salud!
 
Ais Jull1e enige .aarete hechlen .an .a.
Verschenen: 12, 13, 15-17 maart 1937, in Nosotros (Valencia).
ik zeg in he. stukje del ik Jullie opstuur.
 
publlceer het den; maar verscheur he, als
In 1961 wordt in het boek The Grand Camouflage, The Communist Conspiracy in the Spanish Civil War van Burnett Bol loten het artikel uitgebreid geciteerd. In 1979 verschijnt bij Champ Libre in Parijs een integrale tweetalige uitgave onder de titel: Protest tegen de capitulaties van 1937 voor de libertairen van heden en toekomst. Onder dezelfde titel komen in 1961 vertalingen uit in het Duits en Italiaans. Afgedrukt in Crónica de la Columna de Ferro van Abel Paz (Barcelona, 1984).
jullie vlnden del hlerln nle' •• e I~ s'aat
 
•••• t nle. bekencl zou zljn bij .qn elvan
Vertaling: Bij de Nederlandse vertaling is de tekst in Nosotros gevolgd. Deze vertaling verscheen oorspronkelijk als bijlage bij De Zwart nr. 80,12 juni 1987.
atrijdmakk_. of bij ..... dJe nlel neaal .....
 
at •• n _ar vechlen aen ...,.. fronlen 01
Bron: Protest tegen de capitulaties van 1936, Uitgeverij de Dolle Hond (2003)
In andere kolonnes.
 
&..d. "" ding wll Ik juili. _.... :reggen:
 
.al Ik zeg - Ik ken nl •• Kfw'QYWI -
=Inleiding=
deer Mb Ik 3 degen over .-..n .......
 
~llkda'lk ... _I"", ___ Mb ....
In maart 1937, toen de Spaanse burgeroorlog al 8 maanden woedde, ontving de anarchistische krant Nosotros, uit Valencia, een stukje van een onbekende militiesoldaat die meevocht in de “IJzeren Colonne” aan het front bij Teruel. Bij het artikel was een briefje aan de redactie ingestoten:
gadec:hl. IiIochI het ongaKhlkl aqn ....... publlkatfe,
 
___ dan de neg brulkba,.. ". ...
 
.. gas en bewerk die .,.1. det Juille hal
=“Kameraden van de redactie van Nosotros: Salud!=
basta Khlkt ....... zeg I ••• ___ de kolonna.
 
Er voltrelet zlch hi ...... dr .... ; ean
Als jullie enige waarde hechten aan wat ik zeg in het stukje dat ik jullie opstuur, publiceer het dan; maar verscheur het als jullie vinden dat hierin niets te lezen staat wal al niet bekend zou zijn bij mijn eigen strijdmakkers, of bij hen die niet naast mij staan maar vechten aan andere fronten of in andere colonnes. Goed, één ding wil ik jullie meteen zeggen: wat ik zeg — ik kan niet schrijven - daar heb ik 3 dagen over gedaan; daarmee bedoel ik dat ik er wel goed over heb nagedacht. Mocht het ongeschikt zijn voor publicatie, neem dan de nog bruikbare passages en bewerk die zoals dat jullie het beste schikt; maar zeg iets over de Colonne. Er voltrekt zich hier een drama; een drama dat waarschijnlijk op een ramp uitloopt.
dr,... del ... rschUntljk op .... r...., ullloop'.
 
Mat anarchhul ... gt'Oeten.
Met anarchistische groeten,
Een -incontrolado- van de Uzeren Kalonne"'
 
Ai s No50Iros het arlikel publiceerl, wordt
Een “incontrolado” van de IJzeren Colonne”
vooraf eersl dit briefje a fgedrukl; de redakl
 
ie laal er in een nool op volgen :
Als Nosotros het artikel publiceert, wordt vooraf eerst dit briefje afgedrukt; de redactie laat er in een noot op volgen:
"Hiet" en daar beweri<1 wordt het inlegraal
 
gepubllceerd. Hel hele s luk Is doortrokken
“Hier en daar bewerkt wordt het integraal gepubliceerd. Het hele stuk is doortrokken van een diepe smart, een kreet van opstandigheid en een nobele oprechtheid, waardoor wij enthousiast raken. Binnen 2 of 3 dagen zullen wij alles publiceren.”
van een diepe smarl, een kreel van opstandlgheid
 
en een nobele oprechtheid.
De IJzeren Colonne, de militarisering en de revolutionaire toekomst van Spanje
waardoor wij enthousiast raken. Blnnen
Onder deze titel is het stuk in Nosotros verschenen.
2 of J dagen zullen wlj alles publiceren".
 
- 2 -
Sinds 19 juli 1936, toen het gewapende volk in grote delen van Spanje na dagenlange strijd de fascistische opstandelingen onder leiding van Franco had verslagen en heer en meester was op straat, was al veel van het revolutionaire elan verdwenen; maar de revolutie dreigt nu in haar tegendeel om te slaan; “Wij dachten dat wij op weg waren ons te bevrijden, ons te redden, en wij vervallen langzamerhand in wat wij juist bestrijden: in het despotisme, in een kastenheerschappij, in het meest brute en alles overheersende autoritarisme”. Waarom de revolutie werd verloren, wordt - hoe delicaat ook - niet verzwegen; door het voortdurende contrarevolutionaire optreden van de stalinisten, die het politieke vacuüm dat was ontstaan in juli 1936, al snel kwamen op vul I en; en door de voortdurende concessies van de verantwoordelijken van de anarchistische CNT-FAI (hier bitter met de term “die van ons” aangeduid), die met hun politiek van regeringsdeelname de anarchistische revolutie overboord hadden gezet. “Gisteren waren wij baas over alles, vandaag zijn zij het”, zegt de schrijver, die openlijk het toenmalige scheldwoord “incontrolado” (“ongecontroleerde”) als een eretitel voor zich opeist. Op dat moment rest de vrijheidsstrijders van de IJzeren Colonne niets dan samen “door te gaan tot het einde”. Na zo'n groots moment beleefd te hebben is het niet mogelijk “van elkaar te scheiden, weg te gaan, elkaar niet terug te zien”. Maar de hele rest is verraden en prijsgegeven.
t I
 
DE IJZ EREN KOL QNN E , DE M IL ITAR ISER ING EN
Eind maart 1937 werd de IJzeren Colonne ingelijfd als 83ste Brigade bij het “volksleger” van de republiek. Van de schrijver is nooit meer iets vernomen.
DE REVOLUT IQNAIRE TOEKOMST VAN SPANJE
 
Onder deze tite l is h et 51 uk in NOSOfros
Ik ben een van ben die bevrijd zijn uit San Miguel de los Reyes, een sinistere gevangenis door de monarchie gebouwd om hen levend te begraven die geen lafaards waren en zich nooit onderwierpen aan de smerige wetten die de machthebbers tegen de onderdrukten uitvaardigden. Zoals zovele anderen hadden ze ook mij daarheen gebracht, omdat ik een belediging bloedig had gewroken, omdat ik in opstand was gekomen tegen de vernederingen waarvan een heel dorp het slachtoffer was, omdat ik een “cacique” (dorpstiran) had gedood.
verschenen.
 
Si nds 19 j u li 1936, toen hel gewapende
Toen was ik nog jong en ik ben nog steeds jong, want op mijn 23ste ging ik de gevangenis in en ik was 34 toen ik eruit kwam, toen anarchistische kameraden de poorten openbraken. Elf jaar lang onderworpen aan de foltering geen mens te zijn, een ding te zijn, een nummer!
vol k in g r o te delen van Spanje na d a genlange
 
s tr ijd de f a sc i s t i ese ops tandeJ ingen
Samen met mij kwamen vele anderen vrij die evenveel geleden hadden en even getekend waren door mishandelingen die zij van kindsbeen af hadden moeten verduren. Sommigen gingen, zodra zij op straat stonden, huns weegs; samen met de anderen sloot ik mij aan bij onze bevrijders, die ons behandelden als vrienden en van ons hielden als broers. Met hen hebben wij aldoende de “IJzeren Colonne” gevormd; met hen hebben wij stormenderhand kazernes overvallen en de geduchte agenten van de Guardia Civil ontwapend; met hen hebben wij in vinnige aanvallen de fascisten verjaagd tot hoog in de bergen, waar zij nu nog zitten. Gewend om te nemen wat wij nodig hadden maakten wij bij het verjagen van de fascisten tegelijk hun proviand en geweren buit. Een tijd lang leefden we van wat we van de boeren te eten kregen en zonder van iemand een wapen cadeau te krijgen bewapenden wij ons met wat wij de (fascistische) rebellen eigenhandig afpakten.
onder Iciding van Franco had v crsl a gen
 
en heer en mr.es ter was op 'slrast, was a l
Het geweer dat ik liefkozend vasthoud, dat mij vergezelt sinds ik die vervloekte gevangenis uit ben, is mijn eigen geweer; ik heb het hem die het in handen had als een man afgepakt. En net zo zijn bijna alle geweren die mijn kameraden in hun handen houden, onze eigen veroverde geweren.
v eel van h e t r ev olut ionaire e lan verdwenen i
 
milar de revolut ic dre igt nu in haar fegen d
Niemand, of bijna niemand, heeft zich ooit om ons bekommerd. De verbijstering waarmee de bourgeoisie ons de gevangenis zag verlaten, heeft zich zo langzamerhand meester gemaakt van iedereen tot nu toe; en in plaats van ons tegemoet te komen en te helpen, ons tot steun te zijn, zijn we als bandieten behandeld, werden we ervan beschuldigd oncontroleerbaar te zijn, omdat wij weigeren ons levensritme, dat wij vrij wilden en willen laten zijn, te onderwerpen aan de stompzinnige grillen van enkelingen die zich - plat en arrogant - de bazen van de mensheid voelen zodra zij op een ministerie of in een comité zitten; en ook omdat wij in de dorpen waar wij doorheen trokken, niet alleen de fascisten van hun bezittingen beroofden maar er het hele leefpatroon veranderden: we liquideerden de brute dorpstirannen, die het leven van de boeren teisterden door ze te bestelen en legden de rijkdom in handen van de enigen die rijkdom kunnen scheppen: in handen van de arbeiders. Tegenover de armen en hulpelozen, tegenover hen die hun leven lang bestolen en vervolgd zijn, had niemand, dat kan ik verzekeren, zich beter kunnen gedragen dan wij, ongecontroleerden, bandieten die uit de bajes zijn ontsnapt. Niemand - ik daag iedereen uit het tegendeel te bewijzen - niemand was vriendelijker en gedienstiger tegenover kinderen, vrouwen en bejaarden. Niemand, absoluut niemand, kan een blaam werpen op onze Colonne die alleen, zonder hulp, terwijl ze zelfs werd geboycot, van meet af aan in de voorhoede stond; niemand kan haar beschuldigen van gebrek aan solidariteit of van despotisme, van slapheid of lafheid wanneer het erom ging te vechten, van onverschilligheid jegens de boeren of van gebrek aan revolutionair bewustzijn: want onverschrokkenheid en moed in de strijd was onze regel, edelmoedigheid tegenover de overwonnene onze wet, hartelijkheid jegens onze broeders ons devies, en goedheid en respect de criteria voor de ontwikkeling van ons leven.
eel om te s l aan: "Wij dachlen dal wij op
 
weg waren OIlS Ie bevrijden, OIlS te redden ,
Waarom die zwarte legende die men om ons heen heeft gesponnen? Waarom die onzinnige moeite om ons verdacht te maken, terwijl zo'n verdachtmaking, die niet mogelijk is, de revolutionaire zaak en de oorlog alleen maar zou schaden?
en wij verval len langzamerhand in wet wij
 
j ui s t bestrijden: in h e l despolisme, in een
Er vindt - wij, bajesklanten die meer hebben geleden dan wie ook ter wereld, kunnen het weten - er vindt volgens mij een enorme verburgerlijking plaats in de wereld om ons heen. De burger naar lichaam en ziel, het summum van middelmatigheid en onderdanigheid, beeft bij het idee zijn rust te verliezen, zijn sigaar en kopje koffie, zijn stieren, zijn theater en geprostitueerde verhoudingen. Wanneer hij iets hoorde over de Colonne, over de IJzeren Colonne, het steunpunt van de revolutie in deze streken van de Levant, of als hij vernam dat de Colonne had aangekondigd naar Valencia te komen, beefde hij als een riet bij de gedachte, dat die van de Colonne hem zijn verwende en ellendige leven zouden komen afpakken. En de burger - er zijn vele soorten burgers en zij zitten overal - spon ononderbroken met draden van laster het web van de zwarte legende, waarmee hij ons heeft begiftigd. Want het is de burger, en uitsluitend de burger die kon en kan geschaad worden door onze activiteiten, door onze opstandigheid en door die waanzinnig ontembare verlangens die ons hart verheffen om vrij te zijn als de adelaars op de hoogste bergtoppen of als de leeuwen midden in het bos.
kas lenheerschappij, in h el meesl brute en
 
al les overheersende auloritnrisme", Waarom
Zelfs bij onze broeders, die op het land en in de fabriek evenveel te lijden hadden als wij en door de bourgeoisie schaamteloos zijn uitgebuit, heeft die vreselijke, burgerlijke angst weerklank gevonden.
de r evol u t ie werd verloren, wordt - hoe
 
del i kaa f ook - niel v er zwegen: door he t
Omdat hun dat verteld werd door bepaalde lieden die het belangrijk vonden leiders te zijn, begonnen zij langzamerhand te geloven dat wij, de strijders van de IJzeren Colonne, gewetenloze bandieten waren. En zo kwam een haat die meermaals uitliep op wreedheden en fanatieke moordzucht, onze weg met stenen bezaaien om onze opmars legen het fascisme te .stuiten.
voor tduren de konlrarevo l Ulionaire oplreden
 
van de sta lini sten, d ie hel pol i l i eke v a kuum
Sommige nuchter, in van die donkere nachten waarin ik met het geweer in mijn handen en met gespitste oren probeerde door te dringen in de diepten van hel omringende land en m het mysterie van de dingen, zag ik als in een nachtmerrie geen andere uitweg dan van achter de borstwering op te staan, niet zozeer om mijn ledematen te strekken, die van staal zijn omdat ze gehard zijn door de pijn, maar om mijn geweer nog woedender vast te pakken terwijl ik zin kreeg om te schieten - niet alleen op de vijand die zich verscholen hield op nog geen honderd meter van mij vandaan, maar op die andere vijand, op hem die ik niet kon zien, op hem die zich aan mijn kant verborg, die mijn kameraad was en mij nog steeds kameraad noemde terwijl hij mij op een vuile manier in de steek liet, want er bestaat geen laffere ontrouw dan wanneer zij door verraad wordt gevoed. En ik had zin om te huilen en te lachen, om schreeuwend dwars over het veld te rennen en met mijn ijzeren vingers kelen dicht te knijpen, zoals die keer toen ik de keel van de vuige dorps tiran tussen mijn handen verbrijzelde, en om deze ellendige wereld, waarin het zo moeilijk is een paar lieve handen te vinden die je zweet afvegen en het bloed van je wonden stelpen wanneer je moe en gewond terugkeert van de strijd, op te blazen tot er geen spaan van heel bleef.
d/;ll was on t staan in juli 1936, &1
 
snel k wamen opvullen i en door de voort d
Hoeveel nachten, als wij met een hoop mensen of slechts een handjevol bij elkaar waren en ik mijn kameraden, de anarchisten, mijn zorgen en verdriet toevertrouwde, heb ik niet daarginds in de ruwheid van de bergen, met de vijand op de loer tegenover ons, een bevriende stem en lieve handen gevonden die mij opnieuw van het leven deden houden! En al het leed, het hele verleden, alle verschrikkingen en folteringen die mijn lichaam hebben getekend, gaf ik prijs aan de wind alsof ze een andere tijd toebehoorden, en vrolijk gaf ik me over aan dromen vol avontuur; in de koorts van mijn verbeelding zag ik een andere wereld dan die waarin ik had geleefd maar waarnaar ik verlangde; een andere wereld dan die waarin wij mensen hadden geleefd maar waarvan velen hadden gedroomd. En de tijd vloog voorbij en de vermoeienissen deerden mij niet; mijn enthousiasme verdubbelde en maakte mij onverschrokken; en 's morgens vroeg ging ik op pad om de vijand op te sporen en… dit alles om het leven te veranderen; om dit leven dat van ons is, een ander ritme te geven; opdat de mensen, en ik met hen, broeders zouden kunnen zijn;
urende kon sess ies van de ver<Jntwoordelij
 
k en van de a narchi s t i ese CN T- FAI lhier
opdat tenminste eenmaal de vreugde die uit onze borsten opwelt, de aarde zou overstromen; opdat de Revolutie, deze Revolutie, die het baken en het devies van de IJzeren Colonne is geweest, in de nabije toekomst een feit zou kunnen zijn.
b i ller met de term "die v an ons" a angedu
 
id), d ie met hun pOlit ick v an r cger ings_
Mijn dromen losten zich op in het niet zoals de ijle witte wolkenflarden die hoog boven ons over de bergtoppen dreven, en ik viel terug in mijn ontgoocheling om dan 's nachts weer opnieuw vrolijk te worden. En zo heb ik mijn leven doorgebracht tussen vreugde en verdriet, tussen vertwijfeling en tranen, een leven dat temidden van gevaar gelukkig was, vergeleken met dat ellendige, sombere leven in die ellendige, sombere gevangenis.
deelname de .:march ist i ese revol utie o v erboord
 
hadden gezel. "Gi sleren waren WIJ
Maar op zekere dag - het was een grauwe trieste dag - kwam er van over de bergen als een wind die sneeuw brengt en in je lijf snijdt, een bericht: “We moeten militairen worden”. Als een vlijmscherpe dolk sneed het bericht in mijn vlees en ik leed bij voorbaat de angsten die wij nu kennen. Nachtenlang zat ik achter de borstwering dat bericht voor mijzelf te herhalen:
baas over a lles, vandaag zijn z ij hel",
 
zegt de schrijver, d ie openl ijk hel toenmal
“We moeten militairen worden.
ige 5c heldwoord "incon trolado" ("ongekon
 
troleerd etl) a l s ecn ereti l el voor z ich
Terwijl ik lag uit te rusten maar niet kon slapen, hield naast mij de gedelegeerde van mijn groep de wacht, die nu misschien Iuitenant zou worden; en een paar meter verderop op de grond lag mei zijn hoofd tegen een stapel bommen aangeleund de gedelegeerde van mijn centurie te slapen, die misschien wel kapitein of kolonel zou worden. Ik… ik zou blijven die ik ben: zoon van het platteland, opstandeling tot aan de dood. Ik wilde en ik wil geen kruisen, sterren of bevelen. Ik ben zoals ik ben: een boer die in de gevangenis leerde lezen, die het verdriet en de dood van dichtbij heeft gezien, die anarchist was zonder het te weten; en nu ik dat weet, ben ik nog anarchistischer dan vroeger, toen ik doodde om vrij te zijn.
opeist. Op da l momen t res t de v r ijheids_
 
strijders van de Uzeren Ko lonne n iels dan
Die dag, die bewuste dag, toen van hoog over de bergen dat noodlottige bericht neerdaalde als een ijzige wind die mij door de ziel sneed, zal mij nog lang heugen, zoals zoveel andere dagen in mijn leven vol smart. Die dag… bah!
samen " door Ie gaan tot het einde". Na
 
70 ' n 9rool 5 momenl beleef d Ie h ebben is
We moeten militairen worden!
hel n iet mogelij k "van e lkaar Ie scheiden,
 
weg Ie gaan, e lkaa r niet lerug Ie zien".
Het leven leert de mensen meer dan alle theorieën, meer dan alle boeken. Zij die in praktijk willen brengen wat zij van anderen hebben geleerd door te verslinden wat er in de boeken staat geschreven, zullen zich vergissen; zij die in een boek neerleggen wat zij hebben geleerd in de kronkelingen van hun levensweg, maken misschien een meesterwerk. Werkelijkheid en droom zijn verschillende dingen. Dromen is goed en mooi, omdat de droom bijna altijd vooruitloopt op wat zou moeten zijn; maar het Is subliem om het leven mooi te maken, om van het leven werkelijk een moot werk te maken.
Maar de hele reSI is v er r aden en prij sgegeven
 
.
ik heb mijn leven snel geleefd. Ik heb geen jeugd gekend die, zoals ik heb gelezen, bestaat uit plezier, vriendelijkheid en welbevinden. In de gevangenis heb ik slechts leed gekend. Al ben ik jong in jaren, ik ben oud door alles wat ik heb beleefd, door alle tranen die ik heb gehuild, door al het leed dat ik heb geleden. Want in de gevangenis wordt bijna nooit gelachen; in de gevangenis, binnen of buiten, wordt al tijd gehuild.
Eind maarl 1937 werd de U7er en Kolonne
 
ingel ijfd a l s e3s le Br igade bij het " volksleger"
Een boek lezen in een cel, terwijl je bent afgesloten van ieder contact met de mensen, is dromen; in het boek van het leven lezen wanneer je dat, opengeslagen op een willekeurige pagina, wordt voorgehouden door de bewaker die jou beledigt of domweg bespioneert, is in contact staan met de werkelijkheid.
van de republ iek. Van de schr ijver
 
is nooi l meer i e lS ver nomen .
OP een dag heb ik gelezen, ik weet niet meer waar of bij wie, dat een schrijver zich geen exact idee kan vormen van de rondheid van de aarde zolang hij haar niet heeft doorkruist, gemeten, afgetast: ontdekt. Zo'n pretentie leek mij belachelijk; maar dat zinnetje bleef mij zo ingeprent dat ik er af en toe, tijdens mijn gedwongen zelfgesprekken in de eenzaamheid van mijn cel, weer aan moest denken. Totdat ik op zekere dag, alsof ik ook tets wonderbaarlijks ontdekte dat daarvoor verborgen was voor de andere mensen, de vreugde voelde voor mijzelf de ontdekker te zijn van de rondheid van de aarde. En op die dag doorkruiste ik onze planeet, mal en betastte ik haar net zoals de schrijver van die ene zin; en in het licht van mijn verbeelding “zag” ik de aarde ronddraaien in de oneindige ruimte en deel uitmaken van de universele samenhang van de werelden.
- 3-
 
I
Voor het leed geldt hetzelfde. Je moet het wegen, meten, doorleven, proeven, begrijpen, ontdekken om in je geest een duidelijk idee te hebben van wat dal is. Terwijl ik een kar voort trok waarop anderen gezeten waren die zongen en plezier hadden, zag ik naast mij mensen lopen die net als ik als ezel fungeerden. En zij leden er niet onder; zij lieten niets merken van enig protest; ze vonden het juist en logies dat zij die de meesters waren, hen bij de teugel hielden en de zweep hanteerden; ze vonden het zelfs logies en juist als de baas hun met een zweepslag het gezicht open reet. Als beesten stieten zij een gehinnik uil, sloegen met hun hoeven in de grond en gingen er in galop vandoor. En als zij later werden uitgespannen - o sarcasme! - likten zij als slaafse honden de hand die hen had gegeseld.
.
 
Ik ben een van hen die bevrijd zijn
Hoe kan iemand die nooit is vernederd, gepest en gehoond; iemand die zich nooit het ongelukkigste schepsel heeft gevoeld en tegelijk ook het edelste, beste en menselijkste wezen, en dan opeens, terwijl hij zijn ongeluk ervoer en zich op het zelfde moment gelukkig en sterk voelde, op zijn schouder of in zijn gezicht de ijzige vuist voelde van de beestachtigheid van de gevangenis, zonder waarschuwing vooraf, zonder reden, uit pure lust hem te schaden en te vernederen; hoe kan iemand die nooit in een strafcel is gesleept wegens rebellie en daarbinnen, geslagen en getrapt, zijn botten hoorde kraken en zijn bloed zag vloeien tot hij als een logge massa op de grond viel; iemand die nooit door andere mensen werd gefolterd en daarna zijn onmacht moest voelen en daarom moest vloeken en schelden, wat ook betekent dat hij weer zijn krachten begon te verzamelen; iemand die nooit werd gestraft en gehoond en zich daarbij bewust werd van de onrechtvaardigheid van de straf en de grofheid van de hoon, en zich bij het besef daarvan voornam om voorgoed een einde te maken aan het privilege dat sommigen het recht geeft te straffen en te beledigen; iemand tenslotte die, gevangen in de gevangenis of gevangen in de wereld, nooit de tragedie heeft begrepen van het leven van de mensen die veroordeeld zijn om zwijgend en blindelings de bevelen op volgen die zij ontvangen: hoe kan zo'n iemand ooit de diepten van de smart kennen, de bitterheid die ermee gepaard gaat, de gruwelijke sporen die zij voor altijd achterlaat bij wie ervan hebben gedronken, die de smart hebben gevoeld en doorleefd té moeten zwijgen en gehoorzamen? Willen praten en je mond houden; willen zingen en stom blijven; willen lachen en noodgedwongen je lach op je lippen laten besterven; willen liefhebben en ertoe veroordeeld zijn in het slijk van de haat rond te zwemmen!
uil San Miguel de los Reyes, een sinl 5-
 
lere gevangenis door de monarchie gebouwd
Ik heb in de kazerne gezeten en daar heb ik leren haten. Ik heb in de gevangenis gezeten en daar heb ik, vreemd genoeg, te midden van tronen en leed leren liefhebben, intens liefhebben.
om hen levend Ie beg raven die
 
geen lafaards waren en zich noo il onderwierpen
In de kazerne stond ik bijna op het pont mijn persoonlijkheid te verliezen, zo streng was de behandeling die ik er kreeg te verduren, omdat men mij een stompzinnige discipline wilde bijbrengen. In de gevangenis herwon ik na veel strijd mijn persoonlijkheid en telkens werd ik opstandiger tegen elke dwang, In de kazerne heb ik alle hiërarchie van hoog tot laag teren haten; in de gevangenis heb ik te midden van de beklemmendste smart de onfortuinlijken, mijn broeders, leren liefhebben, terwijl ik mijn haal tegen de hiërarchie waarmee de kazerne mij had gevoed, zuiver en helder bleef behouden. Gevangenissen en kazernes zijn hetzelfde; despotisme en het botvieren van de slechtheid van enkelen tot leed van iedereen.
aan de smerige wellen die
 
de machlhebbers tegen de onderdrukten
Zoals in de kazerne niets geleerd wordt dat niet schadelijk is voor je lichamelijke en geestelijke gezondheid, zo word je in de gevangenis niet opgevoed.
uilvaardigden . Zoals zovele anderen
 
hadden ze ook mij daarheen gebrachl,
Dit was mijn oordeel, mijn ervaring - een ervaring die ik opdeed omdat mijn leven van leed is vervuld - toen ik het miIitariseringsbevel van de bergen naar beneden hoorde rollen. Een moment voelde ik dat mijn wezen instortte, omdat ik duidelijk zag dal in mij de onverschrokken guerrillastrijder van de revolutie zou sterven om verder voort te leven als een wezen dat in de kazerne en in de gevangenis van elke persoonlijke eigenschap is beroofd; om opnieuw in de afgrond te vallen van de gehoorzaamheid, van het dierlijke slaapwandelen waartoe de discipline van de kazerne of van de gevangenis leidt, want beide zijn hetzelfde. En terwijl ik woedend mijn geweer omklemde, van achter de borstwering richting vijand en richting vriend keek en een blik voor en achter de linies wierp, stiet ik een vloek uit zoals die keer toen ik vloekend als rebel naar de strafcel werd afgevoerd, en drong ik een traan terug zoals ze mij die ene keer ontsnapten toen niemand ze kon zien en ik voelde hoe machteloos ik was. En ik stelde vast dat de hypocrieten die van de wereld een kazerne en een gevangenis willen maken, dezelfden, dezelfden, dezelfden zijn die gisteren in de kerker bij ons - mensen - de botten lieten kraken.
omdat ik een belediging bloedig had
 
gewroken, omdat ik in opSland was gekomen
Kazernes… gevangenissen…, een on waardiger en ellendiger leven is er niet.
legen de vernederingen waarvan
 
een heel dorp het slachloffer was, omdal
Men heeft ons niet begrepen en omdat men ons niet kon begrijpen, waren wij niet geliefd. Wij hebben gestreden - valse bescheidenheid die tot niets leidt is nu niet op zijn plaats - wij hebben gestreden, herhaal ik, zoals weinig anderen hebben gedaan. Wij hebben altijd voorin de vuurlinie gestaan, omdat wij in onze sector vanaf de eerste dag de enigen waren.
ik een "cllcique" {dorpstirlln] had
 
gedood.
Nooit zijn wij een keer afgelost, nooit had men…, wat nog erger is, een vriendelijk woord voor ons over. Zowel de een als de ander, zowel de fascisten als antifascisten, inclusief die van ons - wat hebben we ons daarover geschaamd! - hadden een afkeer van ons.
Toen was ik nog jong en ik ben nog
 
sleeds jong, want op mijn 23ste ging ik
Men heeft ons niet begrepen. Of misschien - wat nog het meest tragisch is in deze tragedie waarin we leven- hebben wij ons zelf niet begrijpelijk gemaakt: want alle minachting en hardheid van degenen die aan de kant van de hiërarchie stonden, was op onze schouders neergekomen; en nu wilden wij ook in de oorlog een libertair leven leiden, terwijl de rest zich steeds - tot hun en ons ongeluk- voor de kar van de slaat liet spannen. Door dit onbegrip, dat ons immens verdriet heeft gedaan, was onze weg aan weerskanten met ongeluk omzoomd: niet alleen de fascisten, die wij behandelden zoals zij verdienden, zagen een gevaar in ons, maar ook zij die zich antifascist noemen en hun antifascisme uitschreeuwen tot ze er hees van worden. Deze haat die om ons heen werd gesponnen, gaf aanleiding tol pijnlijke botsingen waarvan de ergste, die vanwege haar laagheid de walging in je mond doet opkomen en je naar je geweer laat grijpen, plaatsvond in het centrum van Valencia, toen “bepaalde rode antifascisten” het vuur op ons openden. Toen - bah! - toen hadden we een eind moeten maken aan wat de contrarevolutie nu aan het doen is.[1]
de geVllngenis in en ik was 34 toen ik
 
eruit kwam, toen anarchisliese kamerllden
De geschiedenis die al het goede en slechte verzamelt dat de mensen doen, zal op een dag spreken.
de poorten openbraken. Elf jaar
 
lang onderworpen aan de foltering geen
En de geschiedenis zal dan zeggen dat de IJzeren Colonne misschien de enige in Spanje was die een duidelijke visie bad op wat onze revolutie moest zijn. De geschiedenis zal ook zeggen dat deze Colonne het meeste verzet bood tegen de militarisering. En zij zal bovendien zeggen dal er vanwege haar verzet momenten waren waarop zij volledig aan haar lot werd overgelaten, voorin het gevechtsfront, alsof zesduizend man die gehard waren in de strijd en bereid om te overwinnen of te sterven, moesten worden prijsgegeven aan de vijand om vernietigd te worden.
mens te zijn, een ding te zijn, een nurnmer!
 
Samen mel mij kwamen vele anderen
Hoeveel, ja hoeveel dingen zal de geschiedenis niet zeggen en hoeveel, ja hoeveel personen die zich beroemd wanen, zullen niet verwenst en vervloekt worden!
vrij die even vee I gel eden hadden en
 
even getekend waren door mishandel ingen
Ons verzet tegen de militarisering was gebaseerd op wat wij van de militairen wisten. Ons huidige verzet is gebaseerd op wat wij momenteel van de militairen weten.
die zij van kindsbeen af hadden
 
moelen verduren. Sommigen gingen, zodro!!
De beroepsmilitairen hebben altijd en nu ook, zowel hier als in Rusland, een kaste gevormd. Zij zijn het die bevelen; de rest mag niets anders overblijven dan de verplichting te gehoorzamen. Een beroepsmilitair haat uit de grond van zijn hart iedere gewone burger, die hij als zijn mindere beschouwt.
zij op straal stonden, huns weegs;
 
s amen met de anderen stool ' ik 'iij aan
Ik heb zelf een officier - ik kijk iemand altijd in de ogen - zien trillen van woede of van walging toen ik hem met “je” aansprak, en ik ken recente gevallen op dit moment van bataljons die zich proletarisch noemen en waar de officieren, die hun bescheiden afkomst al zijn vergeten, niet kunnen toestaan - daarop staan zware straffen - dat een militiesoldaat hen tutoyeert.
bij onze bevrijders, die ons behondelden
 
als vrlenden en van ons flielden al s
Het “proletarische” leger verlangt geen discipline die hoogstens zou kunnen bestaan uit het opvolger van bevelen in oorlogstijd; het verlangt onderwerping, blinde gehoorzaamheid, vernietiging van de persoonlijkheid van de mens.
broers. Met hen hebben wij aldoende de
 
" IJzeren Kolonne" gevormdj mel hen hebben
Hetzelfde, precies hetzelfde als toen in de kazerne. Hetzelfde, precies hetzelfde als later in het' strafkamp. In de loopgraven leefden wij gelukkig. Wel zagen wij aan onze kant kameraden vallen die deze oorlog samen met ons waren begonnen; bovendien wisten wij dat wij elk moment door een kogel konden worden getroffen in het open veld - dat is de beloning die een revolutionair wacht; maar wij leefden gelukkig. Als er te eten was aten wij; bij gebrek aan eten vastten wij. En we waren allemaal tevreden. Waarom? Omdat niemand boven iemand anders stond. Allemaal vrienden, allemaal kameraden, allemaal guerrillastrijders van de revolutie
wij stormenderhand kazernes overvallen
 
en de geduchte agenten van de
De gedelegeerde van onze groep of van onze centurie werd ons niet van bovenaf opgedrongen maar hij werd door ons gekozen; en hij voelde zich geen luitenant of kapitein maar kameraad. De gedelegeerden van de comités van de Colonne waren nooit kolonel of generaal, maar kameraden. Samen aten wij, samen streden wij, samen lachten of vloekten wij. Een tijdlang kregen wij geen soldij en kregen zij ook niets. Daarna kregen wij 10 peseta's, en kregen en krijgen zij ook 10 peseta's.
Guard ia Civil onlwapendj met hen hebben
 
wi] in vionige aanv lilllen de fasc1 sle
Het enige dat we accepteerden was hun bewezen bekwaamheid, om die reden werden ze door ons gekozen; was hun moed eveneens bewezen, dan werden ze ook daarom door ons afgevaardigd. Er is geen hiërarchie of superioriteit, er zijn geen strenge bevelen; er is vriendschap, goedheid, kameraadschap; een vrolijk leven te midden van de rampspoed van de oorlog.
n verjallgd 101 hoog in de bergen,
 
waar zij nu / nog zitten. Gewend om Ie
En als je in gezelschap van je kameraden je voorstelt dat je om en voor iets strijdt, krijg je de smaak van de oorlog zo te pakken dat je de dood nog met plezier aanvaardt. Maar als je tussen militairen zit, waar alles bevel en hiërarchie is; als je in je handen het trieste soldij ziet waarmee je ternauwernood je achtergebleven familie kunt onderhouden, en je ziet tegelijk dat de luitenant, de kapitein, de commandant en de kolonel wel drie, vier, tienmaal zoveel verdienen als jij, hoewel zij beslist niet meer enthousiasme, kennis of moed aan de dag leggen dan jij, dan smaakt het leven je bitter omdat je ziet dat dit geen revolutie is maar de manier waarop een handvol mensen profileert van een ongelukkige situatie, die zich uitsluitend ten koste van het volk ontwikkelt.
nemen Wllt wij nodig hadden maa k ten wij
 
bij he! verjagen van de fascisten tegelijk
Ik weet niet hoe wij nu verder zullen leven. Ik weet niet of wij eraan kunnen wennen de kwetsende woorden te moeten aanhoren van een korporaal, sergeant of luitenant. Na ons volledig mensen te hebben gevoeld weet ik niet of wij ons straks huisdieren kunnen voelen, want dat is waar discipline toe leidt en wat militarisering betekent.
hun proviand en geweren buit. Een tijdtang
 
leefden we van wat we van de
Maar we zullen het niet kunnen, het is absoluut onmogelijk dat wij despotisme en onmenselijke behandeling zullen accepteren, want je moet wel erg weinig man zijn om mei een wapen in je hand gewillig beledigingen te slikken. Maar toch beschikken we over verontrustende voorbeelden van kameraden die na hun indeling bij het leger weer als een loden plaat de last op zich voelden drukken van de bevelen uil de mond van mensen die vaak onbekwaam en altijd harteloos zijn.
boeren Ie elen kregen en zonde!" van
 
5 -
Wij dachten dat wij op weg waren ons te bevrijden, ons te redden, en wij vervallen langzamerhand in wat wij juist bestrijden: in het despotisme, in een kastenheerschappij, in het meest brute en alles overheersende autoritarisme.
iemand een wapen kadoo Ie krijgen be
 
wapenden wij ons mel wal wij de [fa5-
Maar het moment is ernstig. We zitten in een val -waarom weten we niet en als we het wel weten, houden we het momenteel voor ons - we zitten, zei ik, in een val waar we uit moeten zien te geraken, waaruit we moeten ontsnappen zo goed als we kunnen, want uiteindelijk ligt het hele slagveld bezaaid met valstrikken. De militaristen, alle militaristen - er zitten fanaten bij in ons eigen kamp - hebben ons omsingeld. Gisteren waren wij baas over alles, vandaag zijn zij het.
clsl ieseJ rebellen eigenhandig afpaklen.
 
Hel geweer dal ik liefkozend vaslhoud ,
Het volksleger (het enige verband met het volk is dat dit leger uit het volk wordt gerekruteerd - en dat gebeurde altijd al) is niet van het volk, het is van de regering, en de regering gelast en de regering beveelt. Het volk is alleen toegestaan te gehoorzamen en het is altijd verplicht te gehoorzamen.
dal mij vergezell si nds i k dle v erv loekte
 
gevangenis uil ben, is mijn eigen
Verstrikt in de netten van de militaristen staan ons nog twee wegen open: de eerste weg leid! ertoe dat wij die lot nu toe kameraden in de strijd zijn, uit elkaar gaan door de IJzeren Colonne te ontbinden; de tweede weg leidt ertoe dat wij ons bij het leger laten inlijven.
geweer; ik heb hel hem die hel in hbnden
 
had als een man a fgepakt. En net
De Colonne, onze Colonne, mag niet ontbonden worden. De homogeniteit die zij altijd tentoonspreidde, is bewonderenswaardig geweest - ik praat alleen voor ons, kameraden; de kameraadschap tussen ons zal in de geschiedenis van de Spaanse revolutie een voorbeeld blijven; onze dapperheid die in tal loze gevechten is bewezen, kan in deze heldenstrijd wet zijn geëvenaard maar nooit overtroffen. Vanaf de eerste dag zijn wij vrienden geweest; meer dan vrienden, kameraden, broeders. Van elkaar te scheiden, weg te gaan, elkaar niet terug te zien, niet langer, zoals tot nu toe, het verlangen te voelen om te overwinnen en te vechten, dat is onmogelijk.
zo zijn bijna aile geweren die mijn kamer-
 
aden in hun handen houden , onze
De Colonne, deze IJzeren Colonne die van Valencia tot Teruel de bourgeoisie en de fascisten heeft doen sidderen, mag niet ontbonden worden maar moet doorgaan tot het einde.
e i gen verover-de gewer-en .
 
Niemand, of bijna niemand, heeft zich
Wie kan er beweren dat zij die zich heb ben laten militariseren daarom ook sterker en dapperder zijn geweest in de strijd en hun bloed grootmoediger op het slagveld hebben vergoten? Als broeders die een nobele zaak verdedigen hebben wij gestreden? Als broeders met dezelfde idealen hebben wij gedroomd in de loopgraven; als broeders die naar een betere wereld streven, zijn we vooruitgestoten met onze moed. Nu onszelf als homogene eenheid ontbinden? Nooit, kameraden. Zolang wij een eenheid blijven, op naar de strijd; zolang er een van ons overblijft, op naar de overwinning.
ooil om ons bekommerd . De ver bijst er- Ing
 
waarmee de bourgeoisie ons de gevangenis
Het zal het kleinste kwaad zijn, hoewel het een groot kwaad Is dat wij moeten accepteren door een willekeurige persoon gecommandeerd te worden zonder dat hij door ons is gekozen. Maar… of we nu een Colonne zijn of een bataljon maakt vrijwel geen verschil. Wat wel verschil uitmaakt is dat wij niet gerespecteerd worden.
zag ver laten, heefl zich zo langzamer
 
hand meester gemaakt van iederl:!cn
Als wij samen dezelfde individuen zijn die wij nu zijn, moet het ons niet uitmaken of wij een Colonne of een bataljon vormen.
tol nu loe; en in p laa ts van ons tegemoet
 
Ie komen en te help en , ons lot
In een gevecht zullen wij niemand nodig hebben om ons aan te moedigen; in een gevechtspauze zal niemand ons verbieden uit te rusten, want dat tullen we niet toestaan.
Sleun Ie zijn, zijn we als b and ieten behandeld,
 
wer den we ervan beschu ldigd
De korporaal, de sergeant, de luitenant of kapitein: óf zij staan aan onze kant en in dat geval zijn wij allemaal kameraden; óf zij zijn onze vijanden en in dat geval moeten zij als vijanden worden behandeld. Colonne of bataljon, als wij willen, blijft het voor ons hetzelfde. Gisteren, vandaag en morgen, nooit hoefden wij te worden aangespoord om te vechten; gisteren, vandaag en morgen, altijd zullen wij de guerrillero’s van de revolutie zijn.
onkontrol eerbaar Ie zij n, omdat .... ij we i geren
 
ons levensr i tme, d a t wij v r ij wil den
Onze toekomstige ontwikkeling hangt af van ons zelf, van de samenhang die en tussen ons bestaat. Niemand zal ons zijn ritme opleggen; wij zullen het zelf opleggen aan wie zich in onze omgeving bevinden, omdat wij een eigen persoonlijkheid hebben.
en willen l a l en zij n, Ie onder werpen
 
aan de stompzl n ni ge gri llen van en kelingen
Laten we met één ding rekening houden, kameraden. De strijd vereist dat wij onze krachten en ons enthousiasme niet aan de oorlog onttrekken. In een Colonne die van ons is of in een bataljon dat van ons is; in een divisie of in een bataljon die niet van ons zijn: wij moeten vechten.
die zich - plat en ar roganl - d:::
 
bazen van de men shei d voelen zodr a zij
Als wij de Colonne ontbinden, als wij uit elkaar gaan, zullen wij daarna gemobiliseerd worden voor de krijgsdienst en niet mogen optrekken met de mensen die wij willen, maar met degenen die ons worden aangewezen. En omdat wij geen huisdiertjes zijn, en dat ook niet willen worden, komen wij dan eventueel in botsing met de mensen waarmee wij niet in botsing zouden moeten komen: met hen die, of dat nu goed of slecht is, onze bondgenoten zijn.
op een min i s ter ie of in een kornitee zil len;
 
en ook ornda t wij i n de dorpen waar
De revolutie, onze revolutie, deze anarchistische en proletarische revolutie waaraan wij vanaf de eerste dag glorierijke bladzijden hebben toegevoegd, verlangt van ons dat wij de wapens niet neerleggen en ook de vaste kern niet verlaten die wij tot nu toe hebben gevormd, hoe deze verder ook mag heten: Colonne, divisie of bataljon.
wij doorheen trokken , ni el a ileen de 'a5-
 
c l Slen van hun bezilli n gen beroofden
Een “incontrolado” van de IJzeren Colonne
maar er hel hele leefp atroon v eranderden :
 
we likwideerden de b r ute dorp sti r a n nen,
Voetnoten
die het leven van de boer en te i s terden
[1] Op 30 oktober 1936 gingen anarchistische militieleden een kameraad begraven in Valencia die was doodgeschoten door de Antifascistische Volkswacht. Toen de proteststoet door het zwaar bewaakte centrum trok, werd hij onverhoeds bestookt vanuit versterkte communistische posities met geweer- en mitrailleurvuur. Er vielen 30 doden en ruim 60 gewonden. Doordat leden van de CNT en FAI snel ingrepen en erin slaagden de gemoederen te kalmeren, werd het “incident gesloten” zonder dat er meer slachtoffers vielen. De anarchistische pers wierp een sluier over deze “pijnlijke botsingen” om het “antifascistisch eenheidsfront” niet verder te verstoren. Op 3 november gaf de Colonne, die naar het front was teruggekeerd, een verklaring over deze communistische provocatie uit, mede om de lastercampagne te stoppen die tegen haar ondernomen werd in de pers.
door ze te bes te len en legden de rijkdom
in handen van de enigen die rij k dorn
kunnen scheppen: in handen v an de
arbeiders.
Tegcnover de armen en hulpelozen,
tegenover hen d ie hun leven lang bes
to len en vervolgd zijn , had niemand,
da t kan ik verzekeren, z i d i beter kunnen
gedragen dan wij , ongekontroleerden,
bandieten die uit de bajes z ijn ont sn a pt .
Niemand - ik daag iedereen uil het tegendeel
te bewijzen _ n iemand was vriendel
ijker en gediens tiger legenover kinderen ,
vr-ouwen en bejaard en . Niemand, absoluut
niemand, kan een blaam 'Iller-pen op onze
kolonne die aileen, zonder hulp, lerwijl
ze ze tfs werd geboykot , van meet af aan
i n de voorhoede stond; n iemand kan haar
- 6 -
b~schuldigen van gebrek aan solidariteit
of "lin despotisme, van slapheid of 18fheid
wanneer het el"om ging Ie "t"c:hten,
van onverschdligheid jegens de boeren
of van gebrek aan r evolution;),i,.. bewustzijn:
want onverschrokkenheid en moed
in de st,-ijd was onle regel, edelmoedigheid
legenover de overwonnene onze weI,
hartelijkheid jegens onze broeders ons
dev ies, en goedheid en respek! de I<r ileria
.... oor de onlwikkeling van ons leven .
Waarom die ZW.!lrte legende die men om
ons heen heef\ gesponnen? Walu"om die onz
innige moeile om ons verdaehl Ie maken,
lerwi; 1 zo'n verdachtmak ing, die njet mogelijk
is , de r evol ulionaire HUlk en de
oor-Iog aileen maar zou schaden?
Er vindt - wij , bajesklanlen d ie meer
hebben geleden dan wie ook ter wereld,
kunnen het weten - er vindl vol gens mij
een enorme verburgerl ij k ing plaalS in de
wereld om ons heen. Oe burger naar li-
- 7 -
ehaam en z le l , hel summum van middelmaligheid
en onderdanigheid, beeft b ij
hel idee zijn rUSI Ie verliezen, zijn sigaar
en k opje koffie, zi jn stieren, zijn
thealer en geproSI i \ueerde verhoudi n gen.
Wann eer hij ielS hoo'-de over de kolonne,
over de Uzeren Kolonne, hel s leunpun\
van de revolulie in deze streken van de
levant, of als hij vern (1m dat de kolonne
had aangekondigd naar Valene'" Ie komen ,
beefde hij als eel"\ r iel bij de gedaeh\e
dal die van de kolonne hem zijn ver wende
en ellendiqe leven zouden komen afpllkken .
En de bur ger - e.- zijn vele soorlen burgers
en zij zit len overal - spon ononde.-brok
en met d'-aden van I<!ISler hel .... £"b
van de zwartc legende, w .... armee h iJ ons
heeft begifllgd . Want hel is de b u "ger.
en ui l slui tend de burger die kon en kan
geschaad worden door on.l.e ak ! i v i U!i len .
door onze opstand'ghei o en door o ie
waanz innig onlembare ve'-'angens die
ons har! verheff".n om vrij !e Zljn al<:o
de adel a<lrs op de hoogs!e b e ~91000en
of <!lI S de leeuwen' midoenln h e l bQs ,
ZeUs bij on.ze Or cede.-s. die 00 hC! Illnd
cn in de fabriek evcnveel Ie lijuen hadden
a l <:o ""j en door de bour<Jeoi~le se h ilo!lm le
loos z ijn ullgebutl. heef! die vre<;elijke.
burgerlijke <lng«! weerk ! <lnk gevonden ,
Omdat nun dat ve.-teld werd door b .. p.lll l de
lieden die he! belangrijk vonden lei ders
Ie zijn, begonnen zij langzamernand
Ie g eloven dal wij, de strijdcrs Vlln de
Uzeren Kolonne, gewelenloze band ieten
..... aren. En zo kwam een naal die meermale
.... uitl lep op wreedheden en fanaliek
e moordzueht . onze weg mel stenen bezaaien
om onze opmClr!i. tegen net I(lsci sme
Ie ,.stui lcn.
Somm'ge nuehlen, In "an die donke.-c
naenten waarin ;k met he! gcweer in miJn
handen en lTIet gcspils.le oren probeerde
door Ie dringe', in de d ieplen van h(!\
om.-i" gen<:!e liiond ell '" he! my;;lerie va ....
Oe c!ingen, zag ik al5 In een n llchtmer r
le geen andere u ll ... eg dan van <I(.hter
de borlli!wCrtn g OP te Sl<lan , nlet Tozeer
om "',jn l(!aem4ten Ie Slrl:kk.,n, d l o:: ,,'an
slaul 2'Jn orndal ze gchard 21jn door' de
p ijn , maar om mijn geweer nog woedender
- 8 -
V~SI Ie pakken lerwijl ik :tin kreeg om
Ie schielen - niel allcen op de vijand
die zich " erscholen hield op nog gecn
honderd meter van mij vandalln, maar
op die andere "Ijand, op hem die Ik nlel
kon zien , op hem die zich aan mijn kanl
verborg, die .nijn kameraad was en mij
nog steeds kameraad nocmde l erwijl h ij
mij op een vui Ie manier in de Sleek I ie l ,
wanl er beslaal geen laHere ontrouw dan
wanneer zij door verraad wordl gevoed.
En Ik had z in om Ie huilen en Ie lachen,
om schreeuwend dwars over het veld Ie
rcnnen en mel mijn ijzeren vlngers kelen
dichl Ie knijpen, zoals die keer loen Ik
de keel van de vuige dorpstiran tussen
mijn handen vcrbrijzelde, en om deze ellendige
wereld, waarin hel zo mocilijk Is
een p lll:l; r lieve nanden Ie vinden die je
zweel afvegen en nel bloed van je wonden
slelpen wanneer je moe en gewond terugkeerl
van de strijd, op Ie b~azen tot er
geen spaan van heel bleef.
Hoeveel nacnlen, als wij mel een noop
mensen of slechlS cen handlevol bij e lkaar
waren en ik mijn kameraden, de anarc hislen,
mijn zorgen en verdriet loevertrouwde ,
neb ik niel daarginds in de ruwneid van
de bergen, mel de "ijand op de loer legenover
ons, een be"riende stem en lieve handen
gevonden d ie mij opnieuw van net leven
deden houden! En al nel leed, net hele
verleden , a ile verschrikkingen en folteringen
die mijn I ichaam hebben getekend ,
gaf ik prijs aan de wind alsof ze een
andere lijd loebel'1oorden, en vrolijk gaf
ik me over aan dromen vol avontuur i in
de koorlS van mUn "erbeelding zag ik een
andere wereld dan die waarin Ik had geteefd
mDar waarnaar ik verlangde; een andere
wereld dHn die waarin wlJ mensen
hadden geleefd maar wallrvan velen hadden
gedr-oomd, En de tljd vloog voor-bij en
de vermocienissen deerden mij nlel; mijn
enlhousiasme verdubbel de en meakte mij
onverschrokkenj en's mor-gens vroeg
ging ik op pAd om de "ijAnd op Ie sporen
en ... dil alles om hel levefl Ie verllnderen;
om di l leven da t "lin ons is, een ander
r-ilme Ie geven; opdal de mensen, en ik
met neo, broeders louden kunnen zijnj
- 9-
, .
.,r.: -~
opdal lenminsle eenmaal de vreugde die
uil onze bar-Slen opwell, de aar-de zou
over-Slromen; opdal de Rey'olu\ ie, deze
Revolulie, d ie het baken en hel devies
van de Uzeren Kolonne i s geweest, in de
nabije toekomst cen feit zou kunnen zijn.
Mijn dromen loslen zich op in hel niel
loals de iJle wil le wolkenflarden die hoog
boven ons over de berg\oppen dreven. en
ik viet terug in mijn ontgooche! ing om dan
' s naehts weer opnieuw vrolijk Ie worden .
En zo heb ik m'jn !even doorgebrad'll luSsen
vreugde en verdr"iel, lussen ver tw ij_
feling en !rllrlen, een leven dat lemidden
van gevaar gelukkig was, vergeleken mel
dat ellendoge, sombere leven in die ellendigc,
sombere gevangenis.
Maar op zekere dag - het W3S een grauwe
tries te d ag - kwam e r van over de bergen
~ I s een wind die sneeuw brengt en in je
lijf snijdt, een ber,cht: "We moeten mililairen
worden". Al s een vlijmscherpe dolk
- 10-
sneed het berich! in mijn vlees en Ik leed
bij voorbaat de angsten die wij nu kennen.
Nachtenlang zat ik achIer de bor s!wering
dal bericht voor mijzelf te herhalen:
"We moelen militairen worden".
Terwijl ik lag vii Ie rvslen maar niet
kon slapen, hield naast mij de gedefegeerde
van mijn groep de wacht, die nu misschien
luil('nant zou wordenj en een paar
meter verderop op de grand lag mel zjjn
hoofd tegen een stapel bommen a8nge'eund
de gedelegeerde van mijn ccn l urie te slapen,
die misschien wei kapitein of kolonet
zou worden. Ik ••• ik zou b l ijven die
ik ben: zoon van het plalteland , opstandeling
tot aan de dood. Ik wilde en ik
wJ' geen kruisen, sterren of bevelen. Ik
ben zoa l s ik ben: eel" boer die in de gevangenis
leerde lezen, die het verdriel
en de dood van dichtbij hee" gezien. dIe
a narchist was zander het te welenj en nu
ik dat weel, ben ik nag an4rchislieser
dan vroeger, toen ik doodde om vrij Ie
zljn .
Die dDg, dIe bewuste dDg, toen van hoog
over de bergen dal noodlollige b('richl neel"'dola
lde als een ijzige wind die mIJ door de
zlel sneed, za l mij nog lang heugen, zoals
zoveel andere dagen in mijn leven vol
smarl. Die deg ••• bah!
We moclen milliairen worden !
He! leven leert de mensen mt..'er dan aIle
Iheorieen, meer dan aile boeken. Zij die
in praktijk willen brengen wet zij van anderen
hebben geleerd door Ie verstinden
wat er in de boeken Sl aal geschreven, zu l len
zich vergissenj zij die in een bock neerleggen
wat zij hebben geleerd in de krankelingen
van hun levensweg. maken mis_
schten een ·meesterwerk. Werkelijkheid en
droom zijn vcrschillende dingen. oromen
is gocd cn mooi, omdal de dr"OOm bijna altijd
vooruitloopl op wet zou moeten zijn;
maar het is subliem om I}el leven moo; te
maken, om van het leven werkelijk een mooi
werk tf! maken.
Ik heb mijn leven snel geleefd. tk heb
geen jeugd gekend die. zoals ik heb gelezen,
beslaat uil plezier, vriendelijkheid
en welbevinden. In de gevangcnis heb Ik
s tech ts leed gekend. AI ben ik jong i",
- 11 -
jar en , ik ben oud door alles wat ik heb
beleefd, door aile tranen die il-; heb gehuild,
door al het leed da: ik heb gelcden.
Want in de gcvangenis wordl bijn.e.
nooi t gelachen ; in de gevangcn;s. blnncn
of bulten, wo,-dt allljd gehui ld.
Een bock lezen in een eel, le,-..,ijl je
bent afgeslolen van lede'- I-;onlakt mel de
men sen , is d ,..omen; In het bock van hel
leven lezcn wannee'- je dOlI, opengeslagen
op een willel-;eurige pilg i na, wordl vClOrge_
houden door de bewaker die jou beledlgl
of domweg bespioneerc, is In kontakl SIBen
met de werkelijkheld .
Op een dag heb II-; gelezen , II-; .... eet nlet
mee,.. .... aa,.. of b lj wle , dat een sch,..ijver
zich geen exact idee I-;an vormen van de
rondheid van de aarde zol ang hi; haar
niel heeft doorl-;"'uisl , gemelen, afgetast:
ontdek l. Zo'n pretentie leek mlj belachelijk;
maar da! Zinnetje bleef mij zo ingep,-ent
dal Ik er af en toe, tijdens mijn gedwongen
zelfgesprel-;I-;en in doe eenzaamheid van
mijn cel, weer a.,.n moest denl-;en. Totdat
- 12 -
r
,
'k Op zekere dag, alsof 'k ook ,ets wonderbaarlijks
ontdekte dat daarvoor verborgen
was "oor de andere mensen, de vreugde
voelde ",oor miJZeH de ontdekker Ie lojn
van de rondheid van de aarde. En op die
dag doorkrl.i$IC il<. onze planeet, mal en
J)elaSl te ik haar net 'oals de schr'jver
;:'ao die eoe zin; en in het tichl van mijn
verbeeld ing "zag" ik de aarde ronddra"ien
in de oneindigt! rui mte en deer uitmaken
van de universele Silmenhang van de werelden.
Voor het leed gcldl hetzelfde. Je moel
het wcgen, melen, door-leven, proeven, begr,
jpen, ootdekken o<v in je gees! ('en dvidelijk
idee Ie hebben Vl!n WiJt dat is. Terwijl
II<. cen kar voortlroK waarop anderen
gezeten waren die %ongen c'1 pl,zier hadden,
zag il<. naaSI mij mensen topen die
net als il<. als ezel fungeerden . En zij leden
er niel onder; zij Helen niets merken
van enig proteSI; ze von den hel juist en
logies d&t zij die de meesters ..... aren. hen
bij de leugel hieldtln en de zweep hanteer_
- 13 -
den; %e vonden hel %e lfs logies en juisl
als de baas hun mel P.en zweeps'ag hel geziehl
openreel. Als beeSlen s l ie l en zij een
gehinnik u i l, sloegen mel hun hoever1 in
de grond en gingen er in galop vtmdoor.
En als zij l aler werden uilgesp anncn -
o sarkasme ! - liklen zij als s laafse nonden
de nand die hen had gegeseld.
Hoe kan iemand die 1'10011 is vern ederd,
gepeSI en gehoond; iemand d ie zieh nooll hel
ongelukkigsie sehepsel heefl gevoeld en lege·
lijk oak nel edel sle, besle en menselijksle
wel!:en, en dan opeens, lerwijl hij zijn ongeluk
ervoer en zi eh op h el zelfde momenl
gelukkig en sierk voelde, op zijn schouder
of in zijn gezlehl de ijzige v u is l voelde van
de beeslachl igheid van de gevangcnis, zonder
waa .. schuwing vooral, zonder reden, uil pure
l ust hem Ie $Ch aden en Ie vernederen; hoe
kan iemand die nooil in een Slref eel is gesleep
l w('gens .-ebe ttie en daarbinnen, ges lagen
en gelrapl, zijn bot len hoo.-de k.-aken en
zijn bloed zag v loeien 101 hij als cen logge
massa op de grond viel; iemand d ie nool l
doo .. ander e mensen werd gefollerd en daarna
l!:ijn onmaehl moeSI voelen en daarom moesl
v loeken en sehelden, wa! ook beleken! da! hij
wt:er z ijn kraehlen begon Ie verzamelen;
iemand die nooit werd geslrafl en gehoond en
z ieh daarbij bewusl werd van de on.-eehlv
aardigheid van de s l raf en de grofheid van
de hoon, en zieh b ij het bese f daa'-van voo.-nam
om voorgoed Hn einde Ie maken aan hel
p rivilege dal sommigen hel reehl geer, Ie
Siraffen en Ie beledigen ; i emand lenslOlle die ,
gevangen in de gevangenis or gevangen in de
wereld, nooll de Iragedie heeft begrepen van
hel leven van de mensen die veroordeeld zijn
om zwijgend en b lin del i ngs de bevelen op Ie
volgen die zij onlvan gen: hoe kan l!:o'n iemand
ooit de diepten van de smart kennen, de
bitterheid die ermee gepaard gaal , de gruwelijke
spo.-en die zij voor allijd achlerlaat bij
wie ervan hebben gedronken , die de sma.-I
hebben gevoeld en doorleefd Ie moelen lwijgen
en gehoarzamen? Wi llen praten en je mond
houdenj witlen zingen en s lam blijven; w illen
laehen en noodgedwongen je l aeh op je IIppen
lalen besle.-ven; wi llen liefhebb en en erloe
veroordeeld zijn in hel slijk van de h&at
rond Ie zwemmen !
- 14 -
110. heb in de kaleri'll' gczelen en daar hcb
ik leren haten. Ik heb in de gevangenis gezelcn
en daar heb ik. vreemd genoeg, I('midden
van [r.;lnen en leed leren liefhebben,
intens I iefhcbben.
In dc kazcrne stond ik bijna OP het Dunt
miJn ..pcrsoonlijkhcid Ie vcrliezcn, lO streng
was de behande1ing die ik er kreeg Ie
verduren, omdal men mij een ~Iomplinnige
disciplinfO wilde bijbrengen. In de gevangcni s
herwon ik na veel strijd mijn per-l>oonlijkhe,d
en [elkens werd ik opst<)ndigcr [egen elke
dwang . In de kazerne heb ;k alle hlerarchie
van hoog tOI l aag leren halen; in de gevangenis
heb ik temidden viln de beklemmend
sle smar-t de onior-tuinlijken, mijn broeders,
ler en liefhebben, [erwijl ik mijn ' haal legen
de hiEir-c,rchie waar-mce de kazerne mij had
gevoed, zuiver en hetder bleef behouden.
Gevc,l"Igcnissen en kazernes zijn hf::!1zelfde;
despo\isme en hel botvieren van de slechlhe,
d van enkelen lot leed van iedercen .
Zoals in de kazerne niels geleerd wordt dSI
niel schadel ijk IS voor- je liehamelijkc en
gecsl e1ijke gezondheid, 7.0 word je in de gevangcnis
niel opgcvoed.
Oit was mijn oordeel, mijn ervaring - een
erv.!lring die ik opdeed omdat mijn leven van
teed is vervu td - toen ik het mililar-iseringsbevel
van de bergen naar beneden hoorde
rollen. Een moment voelde ik doll mijn wezen
inslor-tte, omdal ik duidelijk 7.ag dat in mjj
de onver-sehrokken guerillaslrijder van de
revolUlie zou ster ven om verder voort Ie
leven als een wezen da l in de kazerne en
in de gevangenis van elke pers.oonl ijke e igenschap
is beroofdj om opnieuw in de afgrond te
vallen van de gehoorzaamheid, van he! dierIljke
slaapwandelen waartoe de discipline
van de kazer-ne of van de gevangenis teidt I
want beide zijn hetzelfde. En terwijl ik woedend
mijn geweer- omklemde, van achIer de
borstwering riehling vij.!lnd en richting
"vrlend" k,"'ek en een blik voor en a(:hler de
linies wlerp, stiet ik een vloek uit loals die
keer loen ik. vloekend als rebel naar de strafeel
weroO algO'!"voerd, en drong ik een Iraan
lerug :wats ze mij die ene keer ontsnapten
toen niemand ze kon zien en ik voelde hoe
machletoos Ik was. En ik slelde vast dal de
hypokrlelen die van de wereld een kazerne
- 1 5 -
en een gevangenls wi llen maken, dezelfden,
dezelfden, dezelfden z ljn die gl s lcren in de
kerkcr blj ons - mcnsen - de bO l le" I le len
kraken .
Kazernes •.• gevange"isscn • •. , een onwaar _
dlger en ellendi ger teven is er "Iel.
Men heeft ons nlet begrepen en omdat men
ons niel kon begrljpen, waren wij niet geliefd.
Wij hebben geslreden - v a l se bescheidenhel d d ie
tot niets leidt is nu n iet op zijn plaats- wij
hebben geslreden, herhaal Ik , zoel s we inig enderen
hebben gedean. Wlj hebbcn a ll ljd voorln
de vuurllnie gestaan, omdal wij in on ze seklor
vanaf de eersle dag de enigen waren.
Nooh z l j n wlj een keer a f gelosl, nooll had
men • •• , we.t nog erger is , een vriendel ijk woord
voor on s over. Zowel de een a ls de ander, zowel
de fascisten a ls anli-fascislen, inkluslef d ie van
ons - wal hebb en we ons daa.rover g eschaamd! hadden
een afkeer van ons.
Men heefl ons niet begrepen. Of mi sschlen -
wal n09 hel meest tragies is in deze Iragedie
waarln we leven- hebben wij on s zelf niel begrijpeJljk
gemaakl: want ai le minachtlng en
hardheid van degenen die aan de k ant van de
hierarch ie stonden, was op onze schouders
neergekomeni en nu wilden wi j ook In de oor log
een liberta ir leven leiden, ler w lj l de ·rest
zich s leeds -101 hun en ons ongel uk- voor de
kar van de staal I iet spannen .
Door dil onbegrip, dal ons immens verdr iet
heefl gedaan, WllS onze weg aan weerskllnten
met ongeluk omzoomd: n ie l aileen de fasciSlen,
die wij behandelden zoe ls zij verdienden, za gen
cen g evaer In ons, maer ook ;zij d ie zich
anti-fascis t nacmen en hun anti- f asci sme uitschreeuwen
tol ze er h ees ven worden. Deze
haat d ie om ons heen werd gesponnen, gaf
a an l e iding lot pijnlijke b o tsingen wall.rvan de
ergs Ie ,die vanwege h ear laagheid de walging
in je mond doet opkomcn en je naar je gewecr
laet g r ijpen , plaal svond in hel centrum van
Valen cia, l oen " bepaalde rode onti-fascis tcn"
hel vuur op ons openden . Toen -bah"!- loen
hadden we een eind moelen maken aan wat de
kontra-revolutie nu aan hel doen 15. ·
De geschledeni s d ie al het goede en slec;hte
verZllme l t dat de mensen doen, zal op ('Cn dag
spreken.
En de geschiedenis ;za l dan ;zeggen dat de
IJzeren Kotonne mi ssch ien de enige in Spanje
- 16 -
wes die een duidelijke visie had op wei onze
revolulie moeSI zijn. De geschiedenis l al ook
legQ.en del deze kolonne hel meeste verzel bood
legen de militeriser i n g . En zij zal bovendlen
zeggen del er venwegc haar verzet momenten
waren weerQp zij volledig ean haer 101 werd
Qvergelalen, vQOrin het gevechlsfront , al~f
zesduizend m4n die gehard waren in de sl rijd
en b ereid om te overw innen of Ie sterven, moesten
worden prijsgegeven aan de vijand om vern
letigd Ie worden .
Hoeveel, ja hoeveel dingen zal de geschiede_
nis niel zeggen en hoeveel, ja hoeveel personen
die zich beroemd wanen, zull en n ie l verwenSI
en ver v loekt worden !
Ons verzet legen de militarisering was gebaseerd
op wa ! w ij van de mil i lairen w is!en . Ons
huidige verzet is gebaseerd op wal wi j momenleel
van de mi li tairen welen.
De beroepsmilitairen hebben atlijd en
nu ook, "owel hier als in Rusland, een
kas le gevormd. I ij zijn het die beve lenj
de rest mag nrets anders overblijven don
de verplicht ing Ie gehoorzamen. Een beroepsm
il itair haal uil de grand van zijn
harl iedere gewone burger, d i e h ij al s z;jn
mindere besc:houwl.
Ik heb zelf een offic:ier _ il< k ijk iemand
altijd in de ogcn - ;>ien trillen van woede
of van wa lging toen ik hem met "je" aansprak;
en ik ken rec:ente gevallen op di t
momftni van bataljons die z'c .... p rolelaries
noemen en waar de officieren, die hun bescheiden
afkomSI al 7ijn vergelen , niel
kunnen 10eSlaa:'l - daarop slaan zware
s!raffen _ dal ecn mililiesoldnal hen luloyeert
.
He! "pral elariese" leger verlang l geen
d isc: ipl ine e,e hoog slen~ lOU I<unnen bestaan
uil hel opvolgen van bevel en in oorlogslijd;
het verllllng1 onderwerp ing, bl in de
gehoorzaamheid , vernieligl n g van de persoonlij
kheid van de mens.
Helzelfde, prceies hetzelfdc als loen in
de kazerne. Hetlclfde, preei es hetzelfde
als laler in he! ' Slrafkamp.
In de loopgraven leefden wi; gel ukk ig .
Wei Z8gen wij aan onze ko!lnl kameraden
vallen die deze oorlog So!lmen melons waren
begonnen; bovcndien wISlen wij do!lt
wij elk moment door een kogel konden wor_
den getroffen in het open veld _ dat i s de
beloning die cen revolutionair w.!l c ht; maar
wi; leefden gelukki9_ AI> er 1e elen was
aten wij; oij gebrek aan elen vasttcn wij.
En we waren allemaal tevreden. Waarom?
Omda\ ni emand boven iemand anders stond .
Allemo!la I vrienden. a llemao!ll ko!lmeraden.
allemaal guerrillastrijders van de revo lutie
De gedelegeerde van ooze groep of van
onze eenlurie werd ons niel van bovenaf
opgedroogen maar hij werd door on5 gekozen;
cn hij voelde z ich geen luitp-nan!
of kap i tein maar kameraad. De gedelegeer den
van de komi lees van de kolonne waren
nooi I kolonel of generilal, maar kamero!l den .
Samen alen wij, samen Slreden wij , samen
l aehlen of vlock ten wij_ Een tijd!ang kregen
wij geen soldij en kregen zij ook niels.
Oaarno!l kregen wij 10 pese t a ' s . en kregen
en k rijgen zij ook 10 pesela ' s.
- 18 -
He ! en ige da! we ak se p l ~rden was hun
bcwcl.en bckwaamheid , om d ie reden werden
l e door on s g ekozen; was hun moed
even ~ns bewezen , dan werden ze ook d aar om
door on s a f gevaar d i gd. Er is 9~ n
hier a rch ic of super iori teit, er Z'Jn geen
s trenge bevclen; er is v riendschap, goed h
eid, kameraa d sch.!!p ; een v rol ijk leven temidden
van de rampspoed van de ool'"log.
En a ls je in gezelschap van je kameraden
j e voorSlell dat j c om en v oor iets s tr ijdt,
k r ijg je de smaak v an de oorlog zo Ie p a k.
ken dill je de dood n09 met plez ier aanv
aardl. Maar als jc tussen mil i t"iren z i t,
waar a l les bevel en hierarchie i s ; a ls je
in j e handen het trieste soldij ziel waa rmel.'
je ternauwernood je achlergebleven f a mi
l ie kunt onderhovden, en je ziet lege ti;k
da l de luitenant, de kapitein, de kommand<
l rll en de ko lonel wei drie, vier, t ienma .!!1
zov cel vcrdicnen als jij, hoewel z ij bes tis t
ni e t meer enthousi a sme. kcnnis of mOt:ld
a an .de dag leggen dan jij, dan smaakl hel
leven j e bitter omdat je ziet dat dit geen
revo lutic is maar de manier waarop cen
han d v ol mcnsen profi teert van een ongelukkige
s i tuatie, d ie zich uitstuitend len
k05te van hel volk onlwi k kelt.
Ik wee I niel hoe wij nu verder zullen
l e v en. Ik weel niet of wij eraan kunnen
wennen de kwct sende woorden Ie moelen
aannoren van een korporaal, sergeant of
luitenant. Na on s volledig mensen Ie heb_
ben gev:>eld weet ik niel of wij ons straks
huisdieren kunnen voelen, wanl dal i s
waar d i sc ipline toe leidl en wat milita risering
be tekent.
Maar we lul len het niel kunnen, hel is
absoluut onmogelijk dat wij despot isme en
onmenselij ke beh.!!ndeling zullen aksepteren,
wan I je moet wei erg weinig man zijn
om mel cen wapen in je hand gewi II ig beledigingen
Ie s likken. Maar loch besch ikken
we o v er verontrustende voorbeelden
van kamera den d ie na hun i ndeling b ij
hel leger weer als een loden p lila l de t a '51
op zich voelden drukken van de b eve len
vi I de mond v an mensen die v aak onbekwaam
en ahijd harleloos zij n .
Wi) dachlen dat wij op weg waren on s
Ie b e v rijden, ons Ie redden, en wij v erv
allen langzamerhand in wat wij jui st b e -
- 19 -
s trijden: in hel des pot isme, in een k<!l Stenhecrschappij,
in hel mees t brutc en 0 1-
le s overheersende outorilarisme.
Maar he t momenl is ern s t ig. We zitten
in cen val - waarom weI en we niet en a ls
we hel wei welen, houden we het momentee
l voor ons- we ziucn, zei ' k, in een
val waar we uit moeten zien Ie geroken ,
wa.'!lruit we moe ten onl snappen zogoed a ls
we k un nen, want uiteindelijk ligt hel helc
slagveld bezaaid met valstrikken.
De milit.'!lristen, aile militariSlen - er
zitten fa n alen bij in ons eigen kamphebben
ons omsingcld . Gisteren woren wij
b a as over alles, vandaag zijn zij het.
Hel volks leger (het enige verband met hel
vo tk is dal di l leger u i l hel volk wordl
gerek r uleer d - en dal gebeurde atlijd al l
is nie t van hel volk , het is van de regeri
n g, en de regering gelasl cn de regeri
n g beveell. Het volk is aileen locges
laan Ie gehoorzamen en hel is atlijd verplicht
Ie gchoorzamen.
Vers trikl in de neUen van de mi l i tar isten
Slaan ons nog Iwee wegen open: de
eers le weg leidl erloe dal wij die 101 nu
loe kameraden in de Slrijd zijn, ui l elkaar
90an door de Uzeren Kolonne Ie on lbinden;
de Iweede weg !e idl erloe oal wij ons b ij
he t legcr lalen inlijven.
De kolonne , on ze kolonne, mag niel onl bonden
worden . De homogcnile;1 die zij allijd
tenloonspreidde, is bewondercnswaardig
geweest - ik praal a ileen voor ons,
kameraden; de kameraadschap lussen o n s
zal in de gesch iedenis van de spaanse
revolutie een voorbeeld b lijvenj onze dapperhe
id die in lalloze gevech ten is bcwezen,
kan in deze heldenSl r ijd wei zijn geevcnaard
maar nooi I o v e r lroffen . Vanaf dc
eerSIC dag zijn wij vriendcn gcweest; meerdan
vr; enden , k a mcraden, brocders. Van
clkaar Ie scheiden, weg Ie gaan, elkoar _
niel lerug Ie zien, niel longer, ZOllls 101
nu to e , hCI verlangen Ie voelen om te
overwinnen en le vechten , d al is onmogelijk
.
De kolonne , deze Ilzeren I<o!onne die van
Valencia tol Teruc l de bourgcoisle en de
fosciS len heefl docn s idderen, mag niet
onlbonden worden maar moel doorgaan 101
hel ' einde .
- 20 -
Wie kan er beweren dat ziJ die zieh heb·
ben huen militariseren, daarom 001.. sterker
en dapper der Zijn gewees t in de strijd
en h •• ,," b loed grootmoedige r op h e ! slegveld
hebben vergoten'? Ats broeders die
een nobele zaak verded.gen hebben wlj geSlreden;
a ls broeders met dezelfde ideaten
h ebben wij gedroomd In de loopgraven;
als broeders die n""r een betere wereld
streven, z ijn we vooruilgestoten mel onze
meed. Nu onszelf als homogene eenheid
on tbinden? Nooi t, kame r"den. Zolang wij
e en een heid btijven , op na"r de s\rijd;
zolang er een van ens overblijh , op naar
de overwinning .
He t zal hel klein s le k walld zij n , hoewel
he! een grOOI kwaad is da t wij moe ten "k_
sepleren door een willekeurige persoon gekommandeerd
Ie wor den zonder dat hij door
ons is gekozen . Maar ...
Of we nu een kolonne zijn of een ba\aljon
meekt vrijweL geen ver schil . Wat wei
verschil ui\maak\ is dal wij nie l gerespekteerd
wor den .
Als wij samen dezelfde individuen zij n
die wij nu zijn, moe! hel ons niel uilmClken
of wij een kolonne of een balaljon vormen .
In een gevechl zullen wij niemand nodig
hebben om ons aan Ie moedigen; in een ge~
vechlspauze zal niemand ons verbieden uil
Ie rusten, wanl dal zul len we niet 10eSla')n.
De korporaa l, de sergeanl, de luitenanl
of k apilein: Of zij Slaan aan onze kanl en
in dal geval zj jn wij allemaal kameraden;
Of zij zijn onze vijanden en in dal geval
moeten zij al s vijannen worden behandeld.
Kolonne of bataljon, als wij willen ,
bJ1jfl hel voor ons hetzelfde . Gisl eren,
vandaag en morgen, nooi I hoefden wij Ie
worden a angespoord om Ie vech len; gis~
leren, vandaag en morgen, allijd zullen
wij de guerrilleros van de revolulie zijn.
Onze toekomSlige onlwikkeling hangl af
van ons zel f, van de samenhang die er
lussen ons beslaal . Niemand Zilt ons zijn
,-j lme opleggen; wij zullen hel zelf op l eg~
gen aan wie zich in onze omgeving bevin den
, omdal w ij een e igen persoonlijkheid
hebben .
Lalen we mel een d ing rekening houden,
kameraden . De s trijd vere ist dal wij onze
krachlen en ons enthousiasme niet ilan de
oorlog onttrekken. In een kolonne die van
ons is of in een b a\.aljon da l var.l ons is ;
in een divisie of i n een baldrjon die niet
van ons zijn: wij moelen vechl c n .
Ais wij de kolonne onlbinden, als wij
ui l elkaar gaan, zullen wij daarna gemobi
I iseerd worden voor de krijgsdienSI en
niel mogen op trekken met de mensen die
wij willen, maar mel degenen d ie ons worden
aangewezen . En omdat wij geen hu i ~_
dierljes zijn, en dat ook niel willen worden,
komen wij dan evenlueel in bolsing
mel de mensen waarmee wij njet in bolsing
zouden moeten komen : mel hen die,
of dat nu goed of s recht is, onze bondgenoten
zijn .
De revolulie, onze revolullC, deze anarchisliese
en proletariese revolulie waaraan
wij vanaf de eerSl e dag glorierijke blad zijden
hebben toegevoegd, verlangt van on<;
dat wij de wapens niel neerleggen en oo\.,
de vaSle kern niel verlaten die wij 101 nu
loe hebben gevormd, hoe deze verder ook
·mag helen: kolonne, divi s ie of bal a l jon.
Een ·' inconlrol.,do" van de Ilzeren Kolonne
- 22 -
,
:Noot bij pagina 16:
·Op 30 oktober 1936 glngen anarchlstiese mllitie-
Ieden een kameralld begraven In VllIlencia die
was doodgeschoten door de Anli_fascisl lese VolkSwachl.
Toen de proteststoel door hel zwaar bewaakte
cen trum t...ok, werd hlj onverhoeds
bestookt vanull ver!5terkte kommunistlese. posities
met geweer- en mltrllliileur"vuur", fr vlelen 30
doden en ruim eo gewonden. Ooor"dal leden van
de CNT en FAI snel ingrepen en el"in slaagden
de gemoeder"en Ie kalmeren, werd hel "incident
gesloten" zander" del er" meer s lac hloffers vielen.
De anar chisllese pers wierp een 51uler over" deze
"pljnlijke botsingen" om het "anli_fasci5ties eenheldsfronl"
niel verder Ie verstOr"en, Op 3 november"
gef de Kolonne, die nlllar" he! fran I was
teruggekeerd, een verklarlng over deze kommunisllese
provokatie ult, mede om de lasterkampagne
Ie sloppen die tegen hear ondernomen werd
in de pers .
AANTEKEN ING
Hel arlikel verscheen voor 'I eerst in
Nosotros (Valencia) op 12, 13, 15-17 maar!
1937.
In 1961 word! In hel boek The Grand
Camouflage. The Communis! Conspiracy in
Ihe Spanish Civil War vllln Burnett Bolloten
he l arllkel ullgebreld gecileerd.
In 1979 verschijn! bij Champ libre in
PllIrijs een inlegr"ale !weelalige uilgave
onder de lilel:
en Italleans.
Afgedrukt In i;;f'[[Gebruiker:Ratja303|Ratja303]] ([[Overleg gebruiker:Ratja303|overleg]])"*~~l Ferro van Abel
----eif de nederlandse verluling is de leksl
In Nosolros gevolgd.
Deze verWiog ....dx= oo"prookdijk ~ bijbge bij
. lA2.r2~1987.
Opcieuw . door.
AntiC Utgev<rij de Dolle Hom! (tweede druk, 2(03).
I-Sd,;nke!s= 14-16
1075 TIC Amstenlam
doIIeboo@cI<k.nl
www.doDehoo.dds.nJ
-

Huidige versie van 29 jun 2019 om 13:57

Protest tegen de kapitulaties van 1937.jpg


PDF:

Bestand:Onbekend - Protest tegen de kapitulaties van 1937.pdf


PDF+tekst:

http://anarchief.org/w/images/b/b6/Anoniem_-_Protest_tegen_de_kapitulaties_van_1937_-_Losse_pagina%27s_-_OCR.pdf


KORT VOORAF

In maart 1937, toen de spaanse burgeroorlog al 8 maanden woedde, ontving de anarchistische krant Nosotros, in Valencia, een stukje van een onbekende militiesoldate, die meevocht in de "IJzeren Kolonne" aan het front bij Teruel. Bij het artikel was een briefje aan de redaktie ingesioten;

Protest tegen de capitulaties van 1937 Door een 'Incontrolado' van de IJzeren Colonne


Verschenen: 12, 13, 15-17 maart 1937, in Nosotros (Valencia).

In 1961 wordt in het boek The Grand Camouflage, The Communist Conspiracy in the Spanish Civil War van Burnett Bol loten het artikel uitgebreid geciteerd. In 1979 verschijnt bij Champ Libre in Parijs een integrale tweetalige uitgave onder de titel: Protest tegen de capitulaties van 1937 voor de libertairen van heden en toekomst. Onder dezelfde titel komen in 1961 vertalingen uit in het Duits en Italiaans. Afgedrukt in Crónica de la Columna de Ferro van Abel Paz (Barcelona, 1984).

Vertaling: Bij de Nederlandse vertaling is de tekst in Nosotros gevolgd. Deze vertaling verscheen oorspronkelijk als bijlage bij De Zwart nr. 80,12 juni 1987.

Bron: Protest tegen de capitulaties van 1936, Uitgeverij de Dolle Hond (2003)


Inleiding

In maart 1937, toen de Spaanse burgeroorlog al 8 maanden woedde, ontving de anarchistische krant Nosotros, uit Valencia, een stukje van een onbekende militiesoldaat die meevocht in de “IJzeren Colonne” aan het front bij Teruel. Bij het artikel was een briefje aan de redactie ingestoten:


“Kameraden van de redactie van Nosotros: Salud!

Als jullie enige waarde hechten aan wat ik zeg in het stukje dat ik jullie opstuur, publiceer het dan; maar verscheur het als jullie vinden dat hierin niets te lezen staat wal al niet bekend zou zijn bij mijn eigen strijdmakkers, of bij hen die niet naast mij staan maar vechten aan andere fronten of in andere colonnes. Goed, één ding wil ik jullie meteen zeggen: wat ik zeg — ik kan niet schrijven - daar heb ik 3 dagen over gedaan; daarmee bedoel ik dat ik er wel goed over heb nagedacht. Mocht het ongeschikt zijn voor publicatie, neem dan de nog bruikbare passages en bewerk die zoals dat jullie het beste schikt; maar zeg iets over de Colonne. Er voltrekt zich hier een drama; een drama dat waarschijnlijk op een ramp uitloopt.

Met anarchistische groeten,

Een “incontrolado” van de IJzeren Colonne”

Als Nosotros het artikel publiceert, wordt vooraf eerst dit briefje afgedrukt; de redactie laat er in een noot op volgen:

“Hier en daar bewerkt wordt het integraal gepubliceerd. Het hele stuk is doortrokken van een diepe smart, een kreet van opstandigheid en een nobele oprechtheid, waardoor wij enthousiast raken. Binnen 2 of 3 dagen zullen wij alles publiceren.”

De IJzeren Colonne, de militarisering en de revolutionaire toekomst van Spanje Onder deze titel is het stuk in Nosotros verschenen.

Sinds 19 juli 1936, toen het gewapende volk in grote delen van Spanje na dagenlange strijd de fascistische opstandelingen onder leiding van Franco had verslagen en heer en meester was op straat, was al veel van het revolutionaire elan verdwenen; maar de revolutie dreigt nu in haar tegendeel om te slaan; “Wij dachten dat wij op weg waren ons te bevrijden, ons te redden, en wij vervallen langzamerhand in wat wij juist bestrijden: in het despotisme, in een kastenheerschappij, in het meest brute en alles overheersende autoritarisme”. Waarom de revolutie werd verloren, wordt - hoe delicaat ook - niet verzwegen; door het voortdurende contrarevolutionaire optreden van de stalinisten, die het politieke vacuüm dat was ontstaan in juli 1936, al snel kwamen op vul I en; en door de voortdurende concessies van de verantwoordelijken van de anarchistische CNT-FAI (hier bitter met de term “die van ons” aangeduid), die met hun politiek van regeringsdeelname de anarchistische revolutie overboord hadden gezet. “Gisteren waren wij baas over alles, vandaag zijn zij het”, zegt de schrijver, die openlijk het toenmalige scheldwoord “incontrolado” (“ongecontroleerde”) als een eretitel voor zich opeist. Op dat moment rest de vrijheidsstrijders van de IJzeren Colonne niets dan samen “door te gaan tot het einde”. Na zo'n groots moment beleefd te hebben is het niet mogelijk “van elkaar te scheiden, weg te gaan, elkaar niet terug te zien”. Maar de hele rest is verraden en prijsgegeven.

Eind maart 1937 werd de IJzeren Colonne ingelijfd als 83ste Brigade bij het “volksleger” van de republiek. Van de schrijver is nooit meer iets vernomen.

Ik ben een van ben die bevrijd zijn uit San Miguel de los Reyes, een sinistere gevangenis door de monarchie gebouwd om hen levend te begraven die geen lafaards waren en zich nooit onderwierpen aan de smerige wetten die de machthebbers tegen de onderdrukten uitvaardigden. Zoals zovele anderen hadden ze ook mij daarheen gebracht, omdat ik een belediging bloedig had gewroken, omdat ik in opstand was gekomen tegen de vernederingen waarvan een heel dorp het slachtoffer was, omdat ik een “cacique” (dorpstiran) had gedood.

Toen was ik nog jong en ik ben nog steeds jong, want op mijn 23ste ging ik de gevangenis in en ik was 34 toen ik eruit kwam, toen anarchistische kameraden de poorten openbraken. Elf jaar lang onderworpen aan de foltering geen mens te zijn, een ding te zijn, een nummer!

Samen met mij kwamen vele anderen vrij die evenveel geleden hadden en even getekend waren door mishandelingen die zij van kindsbeen af hadden moeten verduren. Sommigen gingen, zodra zij op straat stonden, huns weegs; samen met de anderen sloot ik mij aan bij onze bevrijders, die ons behandelden als vrienden en van ons hielden als broers. Met hen hebben wij aldoende de “IJzeren Colonne” gevormd; met hen hebben wij stormenderhand kazernes overvallen en de geduchte agenten van de Guardia Civil ontwapend; met hen hebben wij in vinnige aanvallen de fascisten verjaagd tot hoog in de bergen, waar zij nu nog zitten. Gewend om te nemen wat wij nodig hadden maakten wij bij het verjagen van de fascisten tegelijk hun proviand en geweren buit. Een tijd lang leefden we van wat we van de boeren te eten kregen en zonder van iemand een wapen cadeau te krijgen bewapenden wij ons met wat wij de (fascistische) rebellen eigenhandig afpakten.

Het geweer dat ik liefkozend vasthoud, dat mij vergezelt sinds ik die vervloekte gevangenis uit ben, is mijn eigen geweer; ik heb het hem die het in handen had als een man afgepakt. En net zo zijn bijna alle geweren die mijn kameraden in hun handen houden, onze eigen veroverde geweren.

Niemand, of bijna niemand, heeft zich ooit om ons bekommerd. De verbijstering waarmee de bourgeoisie ons de gevangenis zag verlaten, heeft zich zo langzamerhand meester gemaakt van iedereen tot nu toe; en in plaats van ons tegemoet te komen en te helpen, ons tot steun te zijn, zijn we als bandieten behandeld, werden we ervan beschuldigd oncontroleerbaar te zijn, omdat wij weigeren ons levensritme, dat wij vrij wilden en willen laten zijn, te onderwerpen aan de stompzinnige grillen van enkelingen die zich - plat en arrogant - de bazen van de mensheid voelen zodra zij op een ministerie of in een comité zitten; en ook omdat wij in de dorpen waar wij doorheen trokken, niet alleen de fascisten van hun bezittingen beroofden maar er het hele leefpatroon veranderden: we liquideerden de brute dorpstirannen, die het leven van de boeren teisterden door ze te bestelen en legden de rijkdom in handen van de enigen die rijkdom kunnen scheppen: in handen van de arbeiders. Tegenover de armen en hulpelozen, tegenover hen die hun leven lang bestolen en vervolgd zijn, had niemand, dat kan ik verzekeren, zich beter kunnen gedragen dan wij, ongecontroleerden, bandieten die uit de bajes zijn ontsnapt. Niemand - ik daag iedereen uit het tegendeel te bewijzen - niemand was vriendelijker en gedienstiger tegenover kinderen, vrouwen en bejaarden. Niemand, absoluut niemand, kan een blaam werpen op onze Colonne die alleen, zonder hulp, terwijl ze zelfs werd geboycot, van meet af aan in de voorhoede stond; niemand kan haar beschuldigen van gebrek aan solidariteit of van despotisme, van slapheid of lafheid wanneer het erom ging te vechten, van onverschilligheid jegens de boeren of van gebrek aan revolutionair bewustzijn: want onverschrokkenheid en moed in de strijd was onze regel, edelmoedigheid tegenover de overwonnene onze wet, hartelijkheid jegens onze broeders ons devies, en goedheid en respect de criteria voor de ontwikkeling van ons leven.

Waarom die zwarte legende die men om ons heen heeft gesponnen? Waarom die onzinnige moeite om ons verdacht te maken, terwijl zo'n verdachtmaking, die niet mogelijk is, de revolutionaire zaak en de oorlog alleen maar zou schaden?

Er vindt - wij, bajesklanten die meer hebben geleden dan wie ook ter wereld, kunnen het weten - er vindt volgens mij een enorme verburgerlijking plaats in de wereld om ons heen. De burger naar lichaam en ziel, het summum van middelmatigheid en onderdanigheid, beeft bij het idee zijn rust te verliezen, zijn sigaar en kopje koffie, zijn stieren, zijn theater en geprostitueerde verhoudingen. Wanneer hij iets hoorde over de Colonne, over de IJzeren Colonne, het steunpunt van de revolutie in deze streken van de Levant, of als hij vernam dat de Colonne had aangekondigd naar Valencia te komen, beefde hij als een riet bij de gedachte, dat die van de Colonne hem zijn verwende en ellendige leven zouden komen afpakken. En de burger - er zijn vele soorten burgers en zij zitten overal - spon ononderbroken met draden van laster het web van de zwarte legende, waarmee hij ons heeft begiftigd. Want het is de burger, en uitsluitend de burger die kon en kan geschaad worden door onze activiteiten, door onze opstandigheid en door die waanzinnig ontembare verlangens die ons hart verheffen om vrij te zijn als de adelaars op de hoogste bergtoppen of als de leeuwen midden in het bos.

Zelfs bij onze broeders, die op het land en in de fabriek evenveel te lijden hadden als wij en door de bourgeoisie schaamteloos zijn uitgebuit, heeft die vreselijke, burgerlijke angst weerklank gevonden.

Omdat hun dat verteld werd door bepaalde lieden die het belangrijk vonden leiders te zijn, begonnen zij langzamerhand te geloven dat wij, de strijders van de IJzeren Colonne, gewetenloze bandieten waren. En zo kwam een haat die meermaals uitliep op wreedheden en fanatieke moordzucht, onze weg met stenen bezaaien om onze opmars legen het fascisme te .stuiten.

Sommige nuchter, in van die donkere nachten waarin ik met het geweer in mijn handen en met gespitste oren probeerde door te dringen in de diepten van hel omringende land en m het mysterie van de dingen, zag ik als in een nachtmerrie geen andere uitweg dan van achter de borstwering op te staan, niet zozeer om mijn ledematen te strekken, die van staal zijn omdat ze gehard zijn door de pijn, maar om mijn geweer nog woedender vast te pakken terwijl ik zin kreeg om te schieten - niet alleen op de vijand die zich verscholen hield op nog geen honderd meter van mij vandaan, maar op die andere vijand, op hem die ik niet kon zien, op hem die zich aan mijn kant verborg, die mijn kameraad was en mij nog steeds kameraad noemde terwijl hij mij op een vuile manier in de steek liet, want er bestaat geen laffere ontrouw dan wanneer zij door verraad wordt gevoed. En ik had zin om te huilen en te lachen, om schreeuwend dwars over het veld te rennen en met mijn ijzeren vingers kelen dicht te knijpen, zoals die keer toen ik de keel van de vuige dorps tiran tussen mijn handen verbrijzelde, en om deze ellendige wereld, waarin het zo moeilijk is een paar lieve handen te vinden die je zweet afvegen en het bloed van je wonden stelpen wanneer je moe en gewond terugkeert van de strijd, op te blazen tot er geen spaan van heel bleef.

Hoeveel nachten, als wij met een hoop mensen of slechts een handjevol bij elkaar waren en ik mijn kameraden, de anarchisten, mijn zorgen en verdriet toevertrouwde, heb ik niet daarginds in de ruwheid van de bergen, met de vijand op de loer tegenover ons, een bevriende stem en lieve handen gevonden die mij opnieuw van het leven deden houden! En al het leed, het hele verleden, alle verschrikkingen en folteringen die mijn lichaam hebben getekend, gaf ik prijs aan de wind alsof ze een andere tijd toebehoorden, en vrolijk gaf ik me over aan dromen vol avontuur; in de koorts van mijn verbeelding zag ik een andere wereld dan die waarin ik had geleefd maar waarnaar ik verlangde; een andere wereld dan die waarin wij mensen hadden geleefd maar waarvan velen hadden gedroomd. En de tijd vloog voorbij en de vermoeienissen deerden mij niet; mijn enthousiasme verdubbelde en maakte mij onverschrokken; en 's morgens vroeg ging ik op pad om de vijand op te sporen en… dit alles om het leven te veranderen; om dit leven dat van ons is, een ander ritme te geven; opdat de mensen, en ik met hen, broeders zouden kunnen zijn;

opdat tenminste eenmaal de vreugde die uit onze borsten opwelt, de aarde zou overstromen; opdat de Revolutie, deze Revolutie, die het baken en het devies van de IJzeren Colonne is geweest, in de nabije toekomst een feit zou kunnen zijn.

Mijn dromen losten zich op in het niet zoals de ijle witte wolkenflarden die hoog boven ons over de bergtoppen dreven, en ik viel terug in mijn ontgoocheling om dan 's nachts weer opnieuw vrolijk te worden. En zo heb ik mijn leven doorgebracht tussen vreugde en verdriet, tussen vertwijfeling en tranen, een leven dat temidden van gevaar gelukkig was, vergeleken met dat ellendige, sombere leven in die ellendige, sombere gevangenis.

Maar op zekere dag - het was een grauwe trieste dag - kwam er van over de bergen als een wind die sneeuw brengt en in je lijf snijdt, een bericht: “We moeten militairen worden”. Als een vlijmscherpe dolk sneed het bericht in mijn vlees en ik leed bij voorbaat de angsten die wij nu kennen. Nachtenlang zat ik achter de borstwering dat bericht voor mijzelf te herhalen:

“We moeten militairen worden.”

Terwijl ik lag uit te rusten maar niet kon slapen, hield naast mij de gedelegeerde van mijn groep de wacht, die nu misschien Iuitenant zou worden; en een paar meter verderop op de grond lag mei zijn hoofd tegen een stapel bommen aangeleund de gedelegeerde van mijn centurie te slapen, die misschien wel kapitein of kolonel zou worden. Ik… ik zou blijven die ik ben: zoon van het platteland, opstandeling tot aan de dood. Ik wilde en ik wil geen kruisen, sterren of bevelen. Ik ben zoals ik ben: een boer die in de gevangenis leerde lezen, die het verdriet en de dood van dichtbij heeft gezien, die anarchist was zonder het te weten; en nu ik dat weet, ben ik nog anarchistischer dan vroeger, toen ik doodde om vrij te zijn.

Die dag, die bewuste dag, toen van hoog over de bergen dat noodlottige bericht neerdaalde als een ijzige wind die mij door de ziel sneed, zal mij nog lang heugen, zoals zoveel andere dagen in mijn leven vol smart. Die dag… bah!

We moeten militairen worden!

Het leven leert de mensen meer dan alle theorieën, meer dan alle boeken. Zij die in praktijk willen brengen wat zij van anderen hebben geleerd door te verslinden wat er in de boeken staat geschreven, zullen zich vergissen; zij die in een boek neerleggen wat zij hebben geleerd in de kronkelingen van hun levensweg, maken misschien een meesterwerk. Werkelijkheid en droom zijn verschillende dingen. Dromen is goed en mooi, omdat de droom bijna altijd vooruitloopt op wat zou moeten zijn; maar het Is subliem om het leven mooi te maken, om van het leven werkelijk een moot werk te maken.

ik heb mijn leven snel geleefd. Ik heb geen jeugd gekend die, zoals ik heb gelezen, bestaat uit plezier, vriendelijkheid en welbevinden. In de gevangenis heb ik slechts leed gekend. Al ben ik jong in jaren, ik ben oud door alles wat ik heb beleefd, door alle tranen die ik heb gehuild, door al het leed dat ik heb geleden. Want in de gevangenis wordt bijna nooit gelachen; in de gevangenis, binnen of buiten, wordt al tijd gehuild.

Een boek lezen in een cel, terwijl je bent afgesloten van ieder contact met de mensen, is dromen; in het boek van het leven lezen wanneer je dat, opengeslagen op een willekeurige pagina, wordt voorgehouden door de bewaker die jou beledigt of domweg bespioneert, is in contact staan met de werkelijkheid.

OP een dag heb ik gelezen, ik weet niet meer waar of bij wie, dat een schrijver zich geen exact idee kan vormen van de rondheid van de aarde zolang hij haar niet heeft doorkruist, gemeten, afgetast: ontdekt. Zo'n pretentie leek mij belachelijk; maar dat zinnetje bleef mij zo ingeprent dat ik er af en toe, tijdens mijn gedwongen zelfgesprekken in de eenzaamheid van mijn cel, weer aan moest denken. Totdat ik op zekere dag, alsof ik ook tets wonderbaarlijks ontdekte dat daarvoor verborgen was voor de andere mensen, de vreugde voelde voor mijzelf de ontdekker te zijn van de rondheid van de aarde. En op die dag doorkruiste ik onze planeet, mal en betastte ik haar net zoals de schrijver van die ene zin; en in het licht van mijn verbeelding “zag” ik de aarde ronddraaien in de oneindige ruimte en deel uitmaken van de universele samenhang van de werelden.

Voor het leed geldt hetzelfde. Je moet het wegen, meten, doorleven, proeven, begrijpen, ontdekken om in je geest een duidelijk idee te hebben van wat dal is. Terwijl ik een kar voort trok waarop anderen gezeten waren die zongen en plezier hadden, zag ik naast mij mensen lopen die net als ik als ezel fungeerden. En zij leden er niet onder; zij lieten niets merken van enig protest; ze vonden het juist en logies dat zij die de meesters waren, hen bij de teugel hielden en de zweep hanteerden; ze vonden het zelfs logies en juist als de baas hun met een zweepslag het gezicht open reet. Als beesten stieten zij een gehinnik uil, sloegen met hun hoeven in de grond en gingen er in galop vandoor. En als zij later werden uitgespannen - o sarcasme! - likten zij als slaafse honden de hand die hen had gegeseld.

Hoe kan iemand die nooit is vernederd, gepest en gehoond; iemand die zich nooit het ongelukkigste schepsel heeft gevoeld en tegelijk ook het edelste, beste en menselijkste wezen, en dan opeens, terwijl hij zijn ongeluk ervoer en zich op het zelfde moment gelukkig en sterk voelde, op zijn schouder of in zijn gezicht de ijzige vuist voelde van de beestachtigheid van de gevangenis, zonder waarschuwing vooraf, zonder reden, uit pure lust hem te schaden en te vernederen; hoe kan iemand die nooit in een strafcel is gesleept wegens rebellie en daarbinnen, geslagen en getrapt, zijn botten hoorde kraken en zijn bloed zag vloeien tot hij als een logge massa op de grond viel; iemand die nooit door andere mensen werd gefolterd en daarna zijn onmacht moest voelen en daarom moest vloeken en schelden, wat ook betekent dat hij weer zijn krachten begon te verzamelen; iemand die nooit werd gestraft en gehoond en zich daarbij bewust werd van de onrechtvaardigheid van de straf en de grofheid van de hoon, en zich bij het besef daarvan voornam om voorgoed een einde te maken aan het privilege dat sommigen het recht geeft te straffen en te beledigen; iemand tenslotte die, gevangen in de gevangenis of gevangen in de wereld, nooit de tragedie heeft begrepen van het leven van de mensen die veroordeeld zijn om zwijgend en blindelings de bevelen op té volgen die zij ontvangen: hoe kan zo'n iemand ooit de diepten van de smart kennen, de bitterheid die ermee gepaard gaat, de gruwelijke sporen die zij voor altijd achterlaat bij wie ervan hebben gedronken, die de smart hebben gevoeld en doorleefd té moeten zwijgen en gehoorzamen? Willen praten en je mond houden; willen zingen en stom blijven; willen lachen en noodgedwongen je lach op je lippen laten besterven; willen liefhebben en ertoe veroordeeld zijn in het slijk van de haat rond te zwemmen!

Ik heb in de kazerne gezeten en daar heb ik leren haten. Ik heb in de gevangenis gezeten en daar heb ik, vreemd genoeg, te midden van tronen en leed leren liefhebben, intens liefhebben.

In de kazerne stond ik bijna op het pont mijn persoonlijkheid te verliezen, zo streng was de behandeling die ik er kreeg te verduren, omdat men mij een stompzinnige discipline wilde bijbrengen. In de gevangenis herwon ik na veel strijd mijn persoonlijkheid en telkens werd ik opstandiger tegen elke dwang, In de kazerne heb ik alle hiërarchie van hoog tot laag teren haten; in de gevangenis heb ik te midden van de beklemmendste smart de onfortuinlijken, mijn broeders, leren liefhebben, terwijl ik mijn haal tegen de hiërarchie waarmee de kazerne mij had gevoed, zuiver en helder bleef behouden. Gevangenissen en kazernes zijn hetzelfde; despotisme en het botvieren van de slechtheid van enkelen tot leed van iedereen.

Zoals in de kazerne niets geleerd wordt dat niet schadelijk is voor je lichamelijke en geestelijke gezondheid, zo word je in de gevangenis niet opgevoed.

Dit was mijn oordeel, mijn ervaring - een ervaring die ik opdeed omdat mijn leven van leed is vervuld - toen ik het miIitariseringsbevel van de bergen naar beneden hoorde rollen. Een moment voelde ik dat mijn wezen instortte, omdat ik duidelijk zag dal in mij de onverschrokken guerrillastrijder van de revolutie zou sterven om verder voort te leven als een wezen dat in de kazerne en in de gevangenis van elke persoonlijke eigenschap is beroofd; om opnieuw in de afgrond te vallen van de gehoorzaamheid, van het dierlijke slaapwandelen waartoe de discipline van de kazerne of van de gevangenis leidt, want beide zijn hetzelfde. En terwijl ik woedend mijn geweer omklemde, van achter de borstwering richting vijand en richting vriend keek en een blik voor en achter de linies wierp, stiet ik een vloek uit zoals die keer toen ik vloekend als rebel naar de strafcel werd afgevoerd, en drong ik een traan terug zoals ze mij die ene keer ontsnapten toen niemand ze kon zien en ik voelde hoe machteloos ik was. En ik stelde vast dat de hypocrieten die van de wereld een kazerne en een gevangenis willen maken, dezelfden, dezelfden, dezelfden zijn die gisteren in de kerker bij ons - mensen - de botten lieten kraken.

Kazernes… gevangenissen…, een on waardiger en ellendiger leven is er niet.

Men heeft ons niet begrepen en omdat men ons niet kon begrijpen, waren wij niet geliefd. Wij hebben gestreden - valse bescheidenheid die tot niets leidt is nu niet op zijn plaats - wij hebben gestreden, herhaal ik, zoals weinig anderen hebben gedaan. Wij hebben altijd voorin de vuurlinie gestaan, omdat wij in onze sector vanaf de eerste dag de enigen waren.

Nooit zijn wij een keer afgelost, nooit had men…, wat nog erger is, een vriendelijk woord voor ons over. Zowel de een als de ander, zowel de fascisten als antifascisten, inclusief die van ons - wat hebben we ons daarover geschaamd! - hadden een afkeer van ons.

Men heeft ons niet begrepen. Of misschien - wat nog het meest tragisch is in deze tragedie waarin we leven- hebben wij ons zelf niet begrijpelijk gemaakt: want alle minachting en hardheid van degenen die aan de kant van de hiërarchie stonden, was op onze schouders neergekomen; en nu wilden wij ook in de oorlog een libertair leven leiden, terwijl de rest zich steeds - tot hun en ons ongeluk- voor de kar van de slaat liet spannen. Door dit onbegrip, dat ons immens verdriet heeft gedaan, was onze weg aan weerskanten met ongeluk omzoomd: niet alleen de fascisten, die wij behandelden zoals zij verdienden, zagen een gevaar in ons, maar ook zij die zich antifascist noemen en hun antifascisme uitschreeuwen tot ze er hees van worden. Deze haat die om ons heen werd gesponnen, gaf aanleiding tol pijnlijke botsingen waarvan de ergste, die vanwege haar laagheid de walging in je mond doet opkomen en je naar je geweer laat grijpen, plaatsvond in het centrum van Valencia, toen “bepaalde rode antifascisten” het vuur op ons openden. Toen - bah! - toen hadden we een eind moeten maken aan wat de contrarevolutie nu aan het doen is.[1]

De geschiedenis die al het goede en slechte verzamelt dat de mensen doen, zal op een dag spreken.

En de geschiedenis zal dan zeggen dat de IJzeren Colonne misschien de enige in Spanje was die een duidelijke visie bad op wat onze revolutie moest zijn. De geschiedenis zal ook zeggen dat deze Colonne het meeste verzet bood tegen de militarisering. En zij zal bovendien zeggen dal er vanwege haar verzet momenten waren waarop zij volledig aan haar lot werd overgelaten, voorin het gevechtsfront, alsof zesduizend man die gehard waren in de strijd en bereid om te overwinnen of te sterven, moesten worden prijsgegeven aan de vijand om vernietigd te worden.

Hoeveel, ja hoeveel dingen zal de geschiedenis niet zeggen en hoeveel, ja hoeveel personen die zich beroemd wanen, zullen niet verwenst en vervloekt worden!

Ons verzet tegen de militarisering was gebaseerd op wat wij van de militairen wisten. Ons huidige verzet is gebaseerd op wat wij momenteel van de militairen weten.

De beroepsmilitairen hebben altijd en nu ook, zowel hier als in Rusland, een kaste gevormd. Zij zijn het die bevelen; de rest mag niets anders overblijven dan de verplichting te gehoorzamen. Een beroepsmilitair haat uit de grond van zijn hart iedere gewone burger, die hij als zijn mindere beschouwt.

Ik heb zelf een officier - ik kijk iemand altijd in de ogen - zien trillen van woede of van walging toen ik hem met “je” aansprak, en ik ken recente gevallen op dit moment van bataljons die zich proletarisch noemen en waar de officieren, die hun bescheiden afkomst al zijn vergeten, niet kunnen toestaan - daarop staan zware straffen - dat een militiesoldaat hen tutoyeert.

Het “proletarische” leger verlangt geen discipline die hoogstens zou kunnen bestaan uit het opvolger van bevelen in oorlogstijd; het verlangt onderwerping, blinde gehoorzaamheid, vernietiging van de persoonlijkheid van de mens.

Hetzelfde, precies hetzelfde als toen in de kazerne. Hetzelfde, precies hetzelfde als later in het' strafkamp. In de loopgraven leefden wij gelukkig. Wel zagen wij aan onze kant kameraden vallen die deze oorlog samen met ons waren begonnen; bovendien wisten wij dat wij elk moment door een kogel konden worden getroffen in het open veld - dat is de beloning die een revolutionair wacht; maar wij leefden gelukkig. Als er te eten was aten wij; bij gebrek aan eten vastten wij. En we waren allemaal tevreden. Waarom? Omdat niemand boven iemand anders stond. Allemaal vrienden, allemaal kameraden, allemaal guerrillastrijders van de revolutie

De gedelegeerde van onze groep of van onze centurie werd ons niet van bovenaf opgedrongen maar hij werd door ons gekozen; en hij voelde zich geen luitenant of kapitein maar kameraad. De gedelegeerden van de comités van de Colonne waren nooit kolonel of generaal, maar kameraden. Samen aten wij, samen streden wij, samen lachten of vloekten wij. Een tijdlang kregen wij geen soldij en kregen zij ook niets. Daarna kregen wij 10 peseta's, en kregen en krijgen zij ook 10 peseta's.

Het enige dat we accepteerden was hun bewezen bekwaamheid, om die reden werden ze door ons gekozen; was hun moed eveneens bewezen, dan werden ze ook daarom door ons afgevaardigd. Er is geen hiërarchie of superioriteit, er zijn geen strenge bevelen; er is vriendschap, goedheid, kameraadschap; een vrolijk leven te midden van de rampspoed van de oorlog.

En als je in gezelschap van je kameraden je voorstelt dat je om en voor iets strijdt, krijg je de smaak van de oorlog zo te pakken dat je de dood nog met plezier aanvaardt. Maar als je tussen militairen zit, waar alles bevel en hiërarchie is; als je in je handen het trieste soldij ziet waarmee je ternauwernood je achtergebleven familie kunt onderhouden, en je ziet tegelijk dat de luitenant, de kapitein, de commandant en de kolonel wel drie, vier, tienmaal zoveel verdienen als jij, hoewel zij beslist niet meer enthousiasme, kennis of moed aan de dag leggen dan jij, dan smaakt het leven je bitter omdat je ziet dat dit geen revolutie is maar de manier waarop een handvol mensen profileert van een ongelukkige situatie, die zich uitsluitend ten koste van het volk ontwikkelt.

Ik weet niet hoe wij nu verder zullen leven. Ik weet niet of wij eraan kunnen wennen de kwetsende woorden te moeten aanhoren van een korporaal, sergeant of luitenant. Na ons volledig mensen te hebben gevoeld weet ik niet of wij ons straks huisdieren kunnen voelen, want dat is waar discipline toe leidt en wat militarisering betekent.

Maar we zullen het niet kunnen, het is absoluut onmogelijk dat wij despotisme en onmenselijke behandeling zullen accepteren, want je moet wel erg weinig man zijn om mei een wapen in je hand gewillig beledigingen te slikken. Maar toch beschikken we over verontrustende voorbeelden van kameraden die na hun indeling bij het leger weer als een loden plaat de last op zich voelden drukken van de bevelen uil de mond van mensen die vaak onbekwaam en altijd harteloos zijn.

Wij dachten dat wij op weg waren ons te bevrijden, ons te redden, en wij vervallen langzamerhand in wat wij juist bestrijden: in het despotisme, in een kastenheerschappij, in het meest brute en alles overheersende autoritarisme.

Maar het moment is ernstig. We zitten in een val -waarom weten we niet en als we het wel weten, houden we het momenteel voor ons - we zitten, zei ik, in een val waar we uit moeten zien te geraken, waaruit we moeten ontsnappen zo goed als we kunnen, want uiteindelijk ligt het hele slagveld bezaaid met valstrikken. De militaristen, alle militaristen - er zitten fanaten bij in ons eigen kamp - hebben ons omsingeld. Gisteren waren wij baas over alles, vandaag zijn zij het.

Het volksleger (het enige verband met het volk is dat dit leger uit het volk wordt gerekruteerd - en dat gebeurde altijd al) is niet van het volk, het is van de regering, en de regering gelast en de regering beveelt. Het volk is alleen toegestaan te gehoorzamen en het is altijd verplicht te gehoorzamen.

Verstrikt in de netten van de militaristen staan ons nog twee wegen open: de eerste weg leid! ertoe dat wij die lot nu toe kameraden in de strijd zijn, uit elkaar gaan door de IJzeren Colonne te ontbinden; de tweede weg leidt ertoe dat wij ons bij het leger laten inlijven.

De Colonne, onze Colonne, mag niet ontbonden worden. De homogeniteit die zij altijd tentoonspreidde, is bewonderenswaardig geweest - ik praat alleen voor ons, kameraden; de kameraadschap tussen ons zal in de geschiedenis van de Spaanse revolutie een voorbeeld blijven; onze dapperheid die in tal loze gevechten is bewezen, kan in deze heldenstrijd wet zijn geëvenaard maar nooit overtroffen. Vanaf de eerste dag zijn wij vrienden geweest; meer dan vrienden, kameraden, broeders. Van elkaar te scheiden, weg te gaan, elkaar niet terug te zien, niet langer, zoals tot nu toe, het verlangen te voelen om te overwinnen en te vechten, dat is onmogelijk.

De Colonne, deze IJzeren Colonne die van Valencia tot Teruel de bourgeoisie en de fascisten heeft doen sidderen, mag niet ontbonden worden maar moet doorgaan tot het einde.

Wie kan er beweren dat zij die zich heb ben laten militariseren daarom ook sterker en dapperder zijn geweest in de strijd en hun bloed grootmoediger op het slagveld hebben vergoten? Als broeders die een nobele zaak verdedigen hebben wij gestreden? Als broeders met dezelfde idealen hebben wij gedroomd in de loopgraven; als broeders die naar een betere wereld streven, zijn we vooruitgestoten met onze moed. Nu onszelf als homogene eenheid ontbinden? Nooit, kameraden. Zolang wij een eenheid blijven, op naar de strijd; zolang er een van ons overblijft, op naar de overwinning.

Het zal het kleinste kwaad zijn, hoewel het een groot kwaad Is dat wij moeten accepteren door een willekeurige persoon gecommandeerd te worden zonder dat hij door ons is gekozen. Maar… of we nu een Colonne zijn of een bataljon maakt vrijwel geen verschil. Wat wel verschil uitmaakt is dat wij niet gerespecteerd worden.

Als wij samen dezelfde individuen zijn die wij nu zijn, moet het ons niet uitmaken of wij een Colonne of een bataljon vormen.

In een gevecht zullen wij niemand nodig hebben om ons aan te moedigen; in een gevechtspauze zal niemand ons verbieden uit te rusten, want dat tullen we niet toestaan.

De korporaal, de sergeant, de luitenant of kapitein: óf zij staan aan onze kant en in dat geval zijn wij allemaal kameraden; óf zij zijn onze vijanden en in dat geval moeten zij als vijanden worden behandeld. Colonne of bataljon, als wij willen, blijft het voor ons hetzelfde. Gisteren, vandaag en morgen, nooit hoefden wij te worden aangespoord om te vechten; gisteren, vandaag en morgen, altijd zullen wij de guerrillero’s van de revolutie zijn.

Onze toekomstige ontwikkeling hangt af van ons zelf, van de samenhang die en tussen ons bestaat. Niemand zal ons zijn ritme opleggen; wij zullen het zelf opleggen aan wie zich in onze omgeving bevinden, omdat wij een eigen persoonlijkheid hebben.

Laten we met één ding rekening houden, kameraden. De strijd vereist dat wij onze krachten en ons enthousiasme niet aan de oorlog onttrekken. In een Colonne die van ons is of in een bataljon dat van ons is; in een divisie of in een bataljon die niet van ons zijn: wij moeten vechten.

Als wij de Colonne ontbinden, als wij uit elkaar gaan, zullen wij daarna gemobiliseerd worden voor de krijgsdienst en niet mogen optrekken met de mensen die wij willen, maar met degenen die ons worden aangewezen. En omdat wij geen huisdiertjes zijn, en dat ook niet willen worden, komen wij dan eventueel in botsing met de mensen waarmee wij niet in botsing zouden moeten komen: met hen die, of dat nu goed of slecht is, onze bondgenoten zijn.

De revolutie, onze revolutie, deze anarchistische en proletarische revolutie waaraan wij vanaf de eerste dag glorierijke bladzijden hebben toegevoegd, verlangt van ons dat wij de wapens niet neerleggen en ook de vaste kern niet verlaten die wij tot nu toe hebben gevormd, hoe deze verder ook mag heten: Colonne, divisie of bataljon.

Een “incontrolado” van de IJzeren Colonne

Voetnoten [1] Op 30 oktober 1936 gingen anarchistische militieleden een kameraad begraven in Valencia die was doodgeschoten door de Antifascistische Volkswacht. Toen de proteststoet door het zwaar bewaakte centrum trok, werd hij onverhoeds bestookt vanuit versterkte communistische posities met geweer- en mitrailleurvuur. Er vielen 30 doden en ruim 60 gewonden. Doordat leden van de CNT en FAI snel ingrepen en erin slaagden de gemoederen te kalmeren, werd het “incident gesloten” zonder dat er meer slachtoffers vielen. De anarchistische pers wierp een sluier over deze “pijnlijke botsingen” om het “antifascistisch eenheidsfront” niet verder te verstoren. Op 3 november gaf de Colonne, die naar het front was teruggekeerd, een verklaring over deze communistische provocatie uit, mede om de lastercampagne te stoppen die tegen haar ondernomen werd in de pers.