Goldman, Emma - Een schets van Alexander Berkman
Een schets van Alexander Berkman
Door Emma Goldman
Originele titel: A Sketch of Alexander Berkman
Verschenen: 1922
Bron: (Uit de inleiding van) Het Russische Treurspel, 1922
Vertaling: W. Caspers
Een schets van Alexander Berkman
Binnen de beperkte ruimte waar ik over beschik zou zelfs over een alledaagse mens moeilijk een levensschets te schrijven zijn. Over iemand te schrijven wiens persoonlijkheid zo samengesteld is, en wiens leven zo vol is met gebeurtenissen als dat van Alexander Berkman, is een bovenmenselijke taak. Om zo'n rijk en veelzijdig karakter tot zijn recht te doen komen, heeft men meer bladzijden nodig dan mij toegemeten zijn. En vooral moest men ten opzichte van tijd en ruimte verwijderd zijn van het te schilderen leven, wat hier op dit ogenblik niet het geval is.
Ik zal mij daarom nu niet aan een biografie wagen. Ik zal alleen een paar hoofdstukken uit het leven en werken van onze kameraad aanstippen die als inleiding kunnen dienen tot iets van meer omvang dat nog geschreven moet worden. Misschien kan het de lezer er ook toe brengen kennis te maken met Alexander Berkmans eigen geschiedenis, de “Gevangenisherinneringen van een anarchist”, die de verschillende fasen van zijn leven en zijn ideaal krachtvoller en inniger weergeven dan enig biograaf het zou kunnen.
Dat dit inderdaad grote werk nog niet in andere landen is vertaald en uitgegeven, is een blaam op de Europese anarchisten[1], die al te angstvallig vasthouden aan de oude klassieke werken over anarchistische theorieën. Zij moeten beseffen dat de ervaring van een menselijk leven op deze theorieën, het worstelen en zwoegen van de menselijke geest, levenskrachtiger en belangrijker zijn dan die theorieën zelf. De “Gevangenisherinneringen van een Anarchist” spreken machtiger taal dan de theorie en het ideaal waar Alexander Berkman zijn leven lang voor heeft geleefd, gestreden en geleden. Het Rusland van vóór de revolutie is zo rijk aan merkwaardige revolutionaire karakters dat men niet zou weten hoe men de meest heldhaftige figuur aanwijst in de revolutionaire beweging van dat land. Rusland is een hoogst vruchtbare bodem geweest voor de groei van revolutionair denken en gevoelen. De beste bloem die uit die grond voortsproot, de Russische revolutionaire jeugd, staat als enig in haar soort in de boeken van de revolutionaire geschiedenis.
Uit die voedingsbodem is Alexander Berkman voortgekomen. Hij werd geboren te Wilna, op 22 november 1870, in een tijd die rijk was aan revolutionaire ideeën en daden. Want in het tijdperk tussen 1870 en 1880 werd Rusland tot in zijn grondvesten geschokt door de heldenmoed en de offervaardigheid van zijn revolutionaire martelaren. Alexander Berkman, fijngevoelig en idealistisch aangelegd, ontkwam niet aan de invloed van die tijd; de tijd toen in Rusland alles van zijn oude plek werd gerukt en het zaad geplant voor een nieuwe opvatting over de menselijke maatschappij in politiek, godsdienstig, zedelijk, economisch en sociaal opzicht. Zo zien wij Alexander Berkman bijvoorbeeld op twaalfjarigen leeftijd een geschrift opstellen waarin hij het bestaan van god ontkent; met vijftien jaar vinden wij hem als lid van een groep die zich bezig houdt met de verraderlijke studie van revolutionaire literatuur. Een bijkomende factor in de vorming van Alexanders jonge geest en karakter, kan het tragische leven geweest zijn van zijn beminde oom Maxim, die wegens revolutionaire agitatie naar Siberië werd verbannen. Maar zelfs zonder de invloed die uitging van die heldenfiguur, in zijn overigens burgerlijke familie, zou de diepdenkende jongen zich ongetwijfeld ook aan de zaak van de mensheid hebben gewijd. Een scheppend revolutionair wordt, zoals een kunstenaar, méér bepaald door de stuwende krachten binnen in zich, dan door uiterlijke invloeden. Alexander Berkmans hele leven bewijst dit.
Wegens zijn opstandige geest werd hij van het gymnasium weggejaagd met een “Wolfspas”, die elk beroep voor hem sloot. Hij trok naar Amerika, dat toentertijd de dorste grond was voor revolutionaire ideeën. Vroeg in het jaar 1888, dus slechts een paar maanden na de justitionele moord op de anarchisten te Chicago, kwam Alexander Berkman in de Verenigde Staten aan. Toen hij nog in Rusland was, had hij al gehoord over de misdaad van 11 november 1887[2]. Hij verhaalt in zijn boek hoe hij in de kleine bibliotheek te Kowno de namen aantrof van John Most en van de martelaren van Chicago. De jonge Alexander kwam naar Amerika nog met vertrouwen in de Amerikaanse democratische vrijheid. Het duurde echter niet lang of hij ontdekte de humbug van de Amerikaanse politieke vrijheden en economische bestaanskansen. Was de wil tot het ideaal in Berkman niet zo sterk geweest, dan had de Amerikaanse smeltkroes hem opgeslorpt zoals hij het grootste gedeelte van de Europese migranten heeft opgeslorpt. De vinnige strijd om het bestaan en de duizenden valstrikken voor aan materieel succes hechtende mensen zouden zijn hele werkkracht en al zijn tijd in beslag hebben genomen. Een groot aantal Russische revolutionairen die in Amerika toevlucht zochten, zijn volkomen verslonden door het wilde gegrabbel naar rijkdom en diens “zegeningen”.
Alexander Berkman niet. Hij is een scheppende geest, wiens sterkste karaktertrek de drang is, nieuw leven in te boezemen, nieuwe vormen te geven, onverschillig hoe hard de strijd, hoe hoog de te betalen prijs. Deze eigenschap maakt Alexander Berkman tot die markante figuur in de revolutionaire en anarchistische beweging in de Verenigde Staten. Na een niet al te lange tijd brak hij de dorre grond in dat land. Het eerst in de Jiddisch sprekende kringen, in een groep genaamd de Pioniers van de Vrijheid. Berkman werd een van diens meest actieve en toegewijde geesten. Later in de Duitse anarchistische beweging, die toen door John Most werd geleid. Maar dat alles scheen slechts een voorbereiding te zijn op de belangrijkste taak waar hij naar toe getrokken werd door de onweerstaanbare kracht van zijn revolutionair terugwerken op de schreeuwende problemen van onze sociale schijnorde.
Het was in 1892, ten tijde van de staking in Homestead, de eerste en grootste worsteling van de staalbewerkers in Pennsylvania tegen hun feodale meester Andrew Carnegie. Zij brachten het gehele land in verzet tegen de slavernij en uitbuiting in de staalindustrie. De grote worsteling, op indrukwekkende wijze door Alexander Berkman in zijn “Gevangenisherinneringen” beschreven, ging gepaard met de invoer naar Homestead van zogenaamde Pinkertonhandlangers (de lievelingsverdedigers van recherche en politie van de Amerikaanse plutocratie van dertig jaar geleden). Zij vermoordden elf stakers waaronder een kind van 10 jaar. De voor deze misdaad verantwoordelijke persoon was H. C. Frick, vertegenwoordiger en deelgenoot van Carnegie. De brutale houding van Frick tegenover de stakers, zijn openlijke verklaring dat hij liever elke staker gedood zag dan een enkele eis ingewilligd en tenslotte de moord van de elf ongewapende arbeiders, zorgden in heel Amerika voor verontwaardiging. Zelfs de conservatieve pers liet zich met scherp afkeurende termen uit over Frick. In heel VS uitte de arbeiders hun gevoelens in protestvergaderingen. Maar er was slechts één man die de wrok van de zwoegers in een heldendaad omzette. Die man was Alexander Berkman.
Op 22 juli 1892 stapte hij het kantoor van H. C. Frick binnen en deed een aanslag op zijn leven. Hij joeg drie kogels in Fricks lichaam, die het er echter nog levend van afbracht. Berkman werd tot 22 jaar gevangenis veroordeeld, hoewel zijn daad volgens de wet van Pennsylvania slechts 7 jaar vereiste. Om onze kameraad zulk een wreed vonnis op te leggen, werden zes aanklachten tegen hem op touw gezet. Dit omdat hij het gewaagd had het hart van de Amerikaanse plutocratie[3] te raken.
Het was de eerste anarchistische daad tegen de economische terreur in de Verenigde Staten. Alexander Berkman zou voor zijn revolutionair protest een hoge prijs betalen. Hij bracht veertien jaar van zijn leven door in de ergste hel van alle gevangenissen: in het tuchthuis te Alleghany in Pennsylvania. Wat die jaren betekenden, heeft hij met meesterlijke hand geschilderd in zijn “Gevangenisherinneringen”. Ik zal me hier beperken te zeggen dat, na het ondergaan van elke denkbare lichamelijke en geestelijke foltering die de christelijke beschaving heeft verzonnen om maatschappelijk weerstand te verlammen en te breken, Berkman toch uit het graf van zijn leven herrees. Hij was vaster dan ooit overtuigd van de waarheid en schoonheid van zijn ideaal: het anarchisme. Maar niemand kan veertien jaar van de wereld afgesloten zijn en er dan weer gemakkelijk vaste voet krijgen. Na zijn invrijheidstelling wijdde Alexander Berkman zich aan de revolutionaire strijd van Amerika met dezelfde gloed en hartstocht als voorheen. Maar zijn lange gevangenisleven, en de gedachte aan de ongelukkige slachtoffers die hij daar had achtergelaten, maakte het proces van zijn aanpassing aan de nieuwe omgeving tot een dagelijkse Golgotha[4].
Zes jaar lang voerde Alexander Berkman de bovenmenselijke worsteling om zijn leven weer op te pakken. Gedurende die tijd zat hij niet stil. Hij redigeerde “Mother Earth“ (Moeder Aarde), het tijdschrift dat ik in 1906 was begonnen. Hij hield lezingen, nam deel in stakingen; hij was een van de organisatoren van de Ferrer-school in New York en een van de eerste leerkrachten daar. Hij werd de ziel van elke belangrijke anarchistische actie in Amerika. Toen Alexander Berkman zijn “Gevangenisherinneringen” had geschreven, en het werk in tastbare vorm vóór hem lag, was de zwarte schaduw van die verschrikkelijke gevangenisjaren eindelijk geweken. Het boek had hem bevrijd: hij kon weer de warmte van nieuw leven voelen.
Alexander Berkman spreekt tijdens een bijeenkomst op Union Square, New York in 1914 ter nagedachtenis van drie door de politie vermoorde IWW-leden.
Vanaf die dag is Alexander Berkman druk aan het werk geweest om te organiseren, te bemoedigen en te creëren. In 1914 is hij de leidende figuur geweest in de werklozenbeweging van New York. Hij helpt de verontwaardiging organiseren die ontstond ten tijde van de mijnwerkersstaking in Ludlow in de staat Colorado, waar mannen, vrouwen en kinderen werden doodgeschoten en levend verbrand door de huurmoordenaars van Rockefeller. Samen met kameraden uit New York verplaatste hij de strijd naar de hoogburcht van de feodale meester, naar Tarrytown, de woonplaats van de koning van de Amerikaanse plutocraten. Later, dankzij Alexander Berkmans grote bekwaamheid als organisator en zijn vertrouwdheid met de arbeidersmassa's, belegt hij trots een politieverbod bij de herdenkingsbijeenkomst ter ere van de drie kameraden van de IWW, gedood door de ontploffing op 4 Juli 1914 te New York. De politie, bereid tot een slachtpartij, verschijnt toch op het toneel (Union Square, het historische plein). Maar de aanwezigheid van twintig duizend geestdriftige en vastberaden arbeiders dwingt hen ontzag af. Zij durven hun moordplan niet uit te voeren.
De gehele zomer 1914 door is Alexander Berkman de drijvende kracht van de antimilitaristische campagne. Door middel van het tijdschrift “Mother Earth“, talrijke volksvergaderingen en honderdduizenden vlugschriften wordt de misdaad van het militarisme onder de aandacht gebracht van de Amerikaanse massa's. Deze inspanningen vinden uiteindelijk weerklank in de harten en geesten van vele arbeiders.
In 1915 wijdt Alexander Berkman zich aan de campagne ten gunste Van Caplan en Schmidt, die aangeklaagd werd wegens deelneming aan de bekende werkzaamheden van de gebroeders MacNamara. Zijn agitatie voor hun zaak strekt zich over het grootste gedeelte van Amerika uit. Hij organiseerde verdedigingscomités, richtte steunfondsen op en is overal het middelpunt en de ziel van het werk. Bij zijn aankomst in San Francisco besluit Berkman daar een revolutionair arbeidersblad uit te geven: “Blast” (Rukwind). Hij zal het blad achttien maanden voortzetten waarmee hij de ideeën van het anarchisme en revolutionair syndicalisme onder de arbeiders in de organisaties brengt. Dan, in juli 1916, komt de ontploffing bij gelegenheid van de Mobilisatieparade[5] in San Francisco, gevolgd door de inhechtenisneming van vijf strijdvaardige propagandisten: Thomas Mooney, Billings, Rena Mooney, Weinberg en Nolan. De paniek die, zoals gewoonlijk na zulk een gebeurtenis, uitbreekt, verontrust de gehele arbeidersbeweging op de kust van de Stille Oceaan. De arbeidersleiders, in het beste geval lafhartig, wagen hun gevangen broeders niet ter hulp te komen. Ook de socialisten weigeren bijstand. Mooney, Billings en de anderen blijven zonder verdediging en worden in de steek gelaten door hun medearbeiders en zogenaamde vrienden. Zoals altijd, stappen de anarchisten op de bres. Alexander Berkman verzamelt al zijn krachten voor een het hele land omvattende campagne voor de slachtoffers van deze kapitalistische samenzwering tegen de arbeidersbeweging. Hij reist het land af en bezoekt elke belangrijke arbeidersorganisatie tussen San Francisco en New Vork. Hij klopt aan elke deur en brengt dagen en nachten door met de meest actieve arbeidersleiders om hen van de onschuld van Mooney en zijn kameraden te overtuigen. In het kort, Alexander Berkman wordt de Zola van de Amerikaanse Dreyfuszaak[6]. Zijn “Ik beschuldig“ wordt in elk land gehoord en aangenomen. Het redt het leven van Mooney en Billings. De krachtige agitatie toont aan het hele land de door de Kamer van Koophandel op touw gezette en door de staat Californië gepleegde lafhartige misdaad. Had Alexander Berkman die campagne kunnen voortzetten, dan verkeerden Mooney en Billings nu reeds lang in vrijheid. Maar Amerika’s deelname aan de Grote Oorlog[7] maakte het noodzakelijk voor hem en alle andere anarchisten om zich heen om zich met alle macht op de propaganda tegen de oorlog toe te leggen. De zaak Mooney bleef in handen van arbeiderspolitici, met het gevolg dat zowel Mooney als Billings nog in de gevangenis zitten.
Alexander Berkman op de vooravond van zijn deportatie uit de VS, 1919
Toen kwam de propaganda tegen de dienstplicht. Door onze kleine groep in New Vork begonnen, verbreidde deze zich spoedig over het hele land. Het Amerikaanse volk wenste geen oorlog en stemde er niet mee in. Velen verzetten zich tegen de militaire dienstplicht. Ons werk werd daarom met groot enthousiasme ontvangen. De militaire en patriottische klieken beseften het gevaar van deze campagne. Alexander Berkman, ik zelf en anderen werden gearresteerd, aangeklaagd en veroordeeld elk tot twee jaar gevangenisstraf, tienduizend dollar boete, en bovendien deportatie. In de zaak van Alexander Berkman verlangde de plutocratie meer. Zij wilde hem ophangen. De Californische Kamer van Koophandel had hem zijn werkzaamheden in de zaak Mooney niet vergeven. Zijn krachtige inspanningen hadden die beulen van hun verwachte prooi beroofd. Maar in ruil voor Alexander Berkman hadden zij graag de vijf gehate propagandisten afgestaan. Hij had hun die bloedige pret bedorven. Dat wilden zij hem betaald zetten.
Alexander Berkman was toen in New Vork. Hem naar San Francisco te krijgen was het probleem. Eenmaal daar, zou het met zijn leven gebeurd zijn. De arrestatie en schuldigverklaring van onze kameraad wegens propaganda tegen de oorlog vond juist in die tijd plaats. Dat was precies wat de Kamer van Koophandel in San Francisco hebben moest. Het was het juiste psychologische moment. Een aanklacht tegen Berkman wegens medeplichtigheid aan de bomontploffing in San Francisco werd gemakkelijk genoeg geregisseerd, en er werden gerechtsdienaars naar de staat New Vork gezonden om de uitlevering van Berkman te verzekeren. Maar de Californische beulen hadden niet op de strijdvaardige arbeidersbeweging van New Vork gerekend. Een miljoen georganiseerde arbeiders stonden op voor zijn verdediging. Zij kenden en beminden onze kameraad als onwrikbare en moedige geest, die onafgebroken in hun belang had gestreden. De arbeidersorganisaties zonden sterke delegaties naar de gouverneur van de staat New Vork om tegen de uitlevering van Alexander Berkman te protesteren. Tegelijkertijd werd het gevaar waar Berkman aan blootstond, in Rusland bekend. De revolutionaire arbeiders van Petrograd en de matrozen in Kroonstad organiseerden betogingen waarin zij het leven bedreigden van de Amerikaanse gezant Francis, in Rusland. De regering in Washington werd omtrent deze situatie ingelicht en zij vreesde dat Alexander Berkmans uitlevering aan Californië vergeldingsmaatregelen ten gevolge zou hebben tegen haar gezant. De eis van Californië tot uitlevering van Alexander Berkman werd hierom afgewezen. In plaats daarvan werd onze kameraad overgebracht naar een gevangenis in Atlanta in de staat Georgia, om zijn twee jaar wegens propaganda tegen de oorlog uit te zitten. Na het lezen van Alexander Berkmans verhaal over de vreselijke toestanden te Alleghany komt men tot het besluit dat deze menselijke onmenselijkheid niet meer verder kan gaan. Maar er schijnen geen grenzen te bestaan voor de wreedheden van het menselijke beest. De gevangenis in Atlanta bleek nog verschrikkelijker dan die in Pennsylvania. Na twee jaar in die gevangenis te hebben gesmacht, kwam Alexander Berkman er lichamelijk gebroken uit. Hij was genoodzaakt een operatie te ondergaan. Toen hij gedeporteerd zou worden, geloofden weinigen van zijn vrienden dat hij de ontberingen van de gedwongen reis zou kunnen overleven. Maar de wil tot leven die onze kameraad heeft geholpen het zwarte verleden te doorstaan, scheen onverwoestbaar. Sterker nog dan de wil tot leven was zijn edele menselijkheid, die hem altijd minder aan zijn persoonlijk lijden dan aan dat van anderen deed denken. In de gevangenis in Pennsylvania was het de zorg voor zijn lotgenoten: Alexander Berkman was hun vriend, raadgever, briefschrijver en verzamelaar van fondsen om hun invrijheidstelling te verzekeren en hen te helpen daarna een nieuw leven te beginnen. In de gevangenis in Atlanta was het hetzelfde. En het was weer de zorg voor zijn kameraden, 245 gedeporteerden op de drijvende gevangenis, de “Buford”, die Berkman zijn eigen kwalen deed vergeten en hem zelfs hielp zijn vroegere krachten te herwinnen. En dan was het ook het hartstochtelijk vertrouwen in de bezielende mogelijkheden van het revolutionaire Rusland, dat nieuw leven goot in Alexander Berkman, ja in ons allen.
Over zijn Russische ervaringen zal Berkman ongetwijfeld zelf schrijven. De volgende bladzijden bieden een algemene beschouwing over de Russische revolutie in haar allerbelangrijkste fases, en wijzen de hoofdoorzaken aan van haar mislukking. Mogen de lezers de grote les behartigen die zij inhoudt voor de revolutionaire beweging van de wereld.
Deze schets over het leven van Alexander Berkman maakt er geen aanspraak op, meer te zijn dan een kort overzicht. Wanneer zij ertoe bijdraagt hem dichter tot de arbeiders in Europa en de hele wereld te brengen, zal deze poging mij de moeite waard zijn geweest. Vooral hoop ik dat zij onze kameraden er toe moge brengen de “Gevangenisherinneringen van een Anarchist” in de taal van hun land uit te geven. Want geen levensbeschrijving, laat staan een schets, kan een persoonlijkheid met zo duidelijke en levendige kleuren schilderen als het boek van Alexander Berkman zelf.
Voetnoten
[1] Een uitzondering maakt onze Oostenrijkse kameraad Rudolf Grossmann, die vóór de oorlog begonnen was met de publicatie van Alexander Berkmans “Gevangenisherinneringen” in het Duits. De oorlog kwam tussenbeide, maar nu wordt de vertaling geplaatst in het Weens anarchistische weekblad “Erkenntnis und Befreiung”. Bovendien is er in Amerika een uitgave in het Jiddisch van verschenen.
[2] Haymarket tragedie - Tijdens een verboden vakbondsmobilisatie werden bij de aanval door de politie een aantal agenten gedood door een bom die af ging. Acht anarchistische vakbondsorganisatoren werden door de politie als verantwoordelijken aangewezen voor 'samenzwering'. Zeven van hen kregen in eerste instantie de doodstraf, één van hen, Oscar Neebe, kreeg 15 jaar gevangenisstraf. Uiteindelijk pleegde Louis Lingg zelfmoord in de cel, en werd de doodstraf van Schwab en Fielden omgezet in levenslang. De vier anderen August Spies, Albert Parsons, Adolph Fisher en George Engel stierven uiteindelijk op 11 november 1887 aan de galg. De mobilisaties tegen de vervolging van de 'Haymarket Martelaren' zou uiteindelijk de aanleiding worden van de 'Dag van de Arbeiders' op 1 mei.
[3] Plutocratie - Een bestuursvorm waarin de rijksten aan de macht zijn en de wetgeving voor grote groepen binnen een samenleving kunnen bepalen.
[4] Golgotha - Naam van de plaats buiten de toenmalige muren van Jeruzalem waar Jezus van Nazareth volgens de evangeliën is gekruisigd. Golgota betekent schedelplaats.
[5] Mobilisatieparade – Parades om steun te mobiliseren voor de Eerste Wereldoorlog.
[6] Dreyfusaffaire - Een juridisch schandaal dat rond 1900 grote gevolgen had in de Franse politiek. Het draaide om de onterechte veroordeling van de joods-Franse officier Alfred Dreyfus (1859-1935). Dreyfus werd er valselijk van beschuldigd een spion voor Duitsland te zijn. De doorslaggevende rol in de openbaarmaking van het schandaal werd gespeeld door de schrijver Émile Zola.
[7] Grote Oorlog - Toenmalige benaming voor de Eerste Wereldoorlog